Die vraag spookt onwillekeurig door je hoofd, na een ontmoedigende wandeling door het Bedumerbos.
Natuurlijk, de éssen zijn aangetast.
Hun toekomst ís onzeker.
Maar op de stapels op onderstaande afbeelding liggen duidelijk andere soorten 'oogst'.
Dit is, onder meer, te zien aan de geribbelde schors.
Nogmaals: niet uitsluitend 'zieke' essen dus:
Het Bedumerbos, 14 oktober 2017. Oogst. Foto's Blogwachter. |
En het zijn er veel.
Héél veel:
Als het uitsluitend om essen ging, zou ik het nog begrijpen.
Al hebben oudere essen de beste kans om zich te herstellen van de essentaksterfte.
Bovendien zijn ze vaak minder aangetast dan de jongere.
Maar dan moeten ze over een paar jaar, als die bomen alsnog erg ziek blijken te zijn, wéér al die bossen in.
Aldus, desgevraagd, Staatsbosbeheer.
Met - en dáár hebben ze me! - wederom die grote machines.
Neen, bedankt!
Overal in het Bedumerbos is goed te zien dat juist de dikste bomen vrijwel zonder uitzondering worden gekapt.
Ja, ook op die percelen waar de minste essen staan!
Juist waar (gelukkig) nog het een en ander aan gezonde bomen overeind staat, lijken uitgerekend de dikste bomen per definitie het veld te moeten ruimen:
Uit de relatief ongeschonden bosgrond ter plaatse is bovendien af te leiden dat deze dikke bomen de oogstmachines geen duimbreed in de weg stonden.
Dat is treurig.
Veel dieren (eekhoorns, spechten, grote vleermuizen) hebben immers juist hoge en dikke bomen nodig om in een bos te kunnen leven.
Er staan niet eens huizen naast dit perceel, dus eventuele stormschade is te overzien.
Vrij vertaald: "Whoah! Die boom ziet er een beetje gevaarlijk uit. Voor de zekerheid kan ie beter om". Cartoon verkregen via internet. |
Kortom: de keuze voor kap van uitgerekend de dikste bomen is moeilijk te verklaren.
Of ja, toch: deze bomen leveren meer 'oogst' en zijn dus nuttig om de tekorten van Staatsbosbeheer aan te vullen.
Eén voorbeeldje nog, om het af te leren:
Het Bedumerbos, 14 oktober 2017. Restanten van dikke bomen. Foto's Blogwachter. |
Hierboven is goed te zien dat de dunnere bomen nogal eens blijven liggen, maar dat de dikke stammen 'netjes' worden opgeruimd.
En dan heb ik het nog niet over het resterende beeld van de weinige overgebleven hogere bomen, die gek genoeg niet de dikste zijn.
Deze rafelranden noem ik uit frustratie 'de handtekening van staatsbosbeheer'.
Die handtekening is helaas vaak uit de verte te herkennen.
Helaas lijken dergelijke sprieten geen van allen lijvig genoeg om eventuele herfststormen te doorstaan:
Het Bedumerbos, 14 oktober 2017. Restanten. Foto's Blogwachter. |
Kortom: wat hééft Staatsbosbeheer (in godsnaam) tegen dikke bomen?!
Gevalletje fatshaming?
De Dikke heeft het gedaan, dat werk?
Welnee: de Dáder heeft het gedaan.
Staatsbosbeheer, in dit geval.
Niet eens toevallig, vermoedelijk.
Kwestie van keuzes maken!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten