donderdag 3 februari 2022

De mens wikt, maar SBB (Super Blije Boswachters) beschikt!

Uitzending 'Binnenstebuiten', 24 januari 2022 over de Emmerdennen.

 

Alle bijgevoegde afbeeldingen zijn screenshots uit Binnenstebuiten

Boswachter Marieke Schatteleijn wandelt door een idyllisch berijpt maar - als je beter kijkt - opvallend kaal bos.


M:       De winter is de tijd van rust, bijvoorbeeld de bomen hier om mij heen. Maar voor boswachters is het bij uitstek de periode waarin er gewerkt wordt. In de winter worden namelijk bomen gekapt en weer aangeplant. Dus als je een lekkere wandeling maakt kun je zomaar mens en machine aan het werk tegenkomen. En ik neem jullie vandaag mee door het landschap van Drenthe om te laten zien wat er zoal gebeurt in het bos. 


Oh jee: Klaarblijkelijk is jaarlijks kappen voor Staatsbosbeheer een vanzelfsprekendheid. Hoezo eigenlijk: élke winter kappen? En wát wordt er ter compensatie aangeplant? Een vergelijkbare boom? Of een zogeheten ‘veer’? 



M:       Nou laat ik doorgaans de mooiste kant van de natuur zien, maar vandaag doen we het even anders. Hier achter mij zie je een dood sparrenbos. En dat is niet voor niks. Het stamt van net na de Tweede Wereldoorlog, de tijd van de wederopbouw: alles moest efficiënt. 


‘Alles moest efficiënt’... maar kán het kappen nóg efficiënter dan het nu gebeurt? In deze tijd worden complete percelen immers in één keer plat gemaaid. Net zo makkelijk, met grote machines! Op deze blog voorbeelden te over! Tijdens de wederopbouw was er misschien de intentie, maar – godzijdank – nog niet de mogelijkheid om zó snel zó ‘efficiënt’ te werken als nu… 



M:       Bossen werden aangeplant voor de houtproductie…

 

Nu niet meer?! Mwoah… Zie verderop in dit artikel…


M:       …en het waren meestal bomen van één soort en natuurlijk dezelfde leeftijd. En hierachter zie je nog hoe kwetsbaar zo’n bos is. Want de droge zomers van de afgelopen jaren zijn deze sparren teveel geworden. En gaat er één om, dan gaan ze allemaal.  

 


Nostalgisch muziekje op de achtergrond. Wenda Kloen, boswachter SBB, verschijnt in beeld


M:       Hee Wenda! 

W:       Goeiemorgen!

 


M:       Hoi! Jij staat al het dode hout te bekijken… Nou vind ik dood hout ook altijd heel mooi, en het is ook heel waardevol voor de natuur. Maar… dit is wel heel veel! Wat is hier allemaal gebeurd?

 


W:       Ja we hebben hier eh… de enorme droogte gehad natuurlijk, zoals in heel Nederland. En hier in dit bos is echt een monocultuur van fijnsparren… ja heeft de droogte echt toegeslagen. Ze zijn supervatbaar geworden. Ja en dan hebben we een heel klein kevertje, de letterzetter, en die slaat dan genadeloos toe. 

 


M:       Precies ja, want zo’n boom kan dan ook bijna geen harsen meer produceren om zich te beschermen…

W:       Ja….

 


M:       Dat is voer voor de kevers inderdaad. Kijk je kunt daar de sporen van de letterzetter zien, dat is dan toch wel weer mooi…

W:       … een stukje bast eraf trekken hee… ja hier zie je al wel wat hee…

M:       Jaah…

 


W:       En helemaal in de bast zelf, al die sporen van die letterzetter…

 



M:       Ja, het is ook zo’n mooi grafisch patroon hee… en ze zitten er allemaal in!

W:       Ze zitten er allemaal in, ja…

 


We horen een nostalgisch muziekje op de achtergrond. De twee boswachters wandelen verder door het zwaar berijpte landschap.



W:       Kijk, hier kan je al mooi zien dat er verjonging op komt, in het bos…

 



M:       Hebben jullie dit hier aangeplant?

W:       Ja we hebben het deels aangeplant…. We hebben zo’n eh tienduizend Douglas-boompjes aangeplant en vijfentwintighonderd stuks loofhout… 

 



W:       En dat zijn dus de berk, de beuk, de eik en de esdoorn. Maar je ziet ook natuurlijk de verjonging, zoals hier de fijnspar, die weer vanzelf op komt. En niet alles zal het overleven, want je ziet daar ook al vraatsporen van reeën. Maar ook dat is de natuur en over een paar jaar dan gaan we kijken van nou wat is er nu opgekomen en waar moeten we nog in bijsturen.

 



M:       Een uiteindelijk hou je dus een heel mooi gemengd bos over…

W:       Zeker!


Tienduizend Douglasboompjes’? Zeg liever: ‘veren’. Want als deze boompjes een meter hoog zijn, en één flinterdunne zijtak hebben, is het veel. En erger: vaak wordt voor het planten de hele bosbodem omgewoeld, met geulen, als in een aardappelveld!




En met de nadruk op ‘uiteindelijk’, zeg dat wel. Hier zou ik graag een getal zien, als geïnteresseerde kijker. Wanneer krijgen we dat mooie, gemengde bos te zien? Na veertig jaar? Na tachtig jaar? Of, anders gezegd, krijg ík dat nog te zien? Mijn kind, desnoods?



M:       En dat is echt een nieuwe manier van bosbeheer hee… Sinds de jaren tachtig wordt dat gedaan: verschillende soorten, loofhout en naaldhout door elkaar, verschillende leeftijden… Waardoor een bos véél robuuster is. Wordt er dan een soort aangetast door bijvoorbeeld droogte, dan hou je nog een heleboel andere soorten over, waardoor je gewoon een gezond, vitaal bos hebt.

W:       Dat denk ik ook. Ja, ja…

 



Vogelgeluid op de achtergrond. ‘Een nieuwe manier van bosbeheer’: hier kan ik niets tegen hebben. Een gemengd bos is inderdaad veel interessanter… Zou Staatsbosbeheer écht het leven beteren?!



Ah, daar hebben we ‘m, de zwarte specht! Inderdaad een prachtige vogel, waarover zometeen meer…




M:       [wijst] De zwarte specht!

W:       Oh, cool zeg!

M:       Naah… dat dode hout is niet alleen goed voor beschutting, maar natuurlijk ook voor de spechten… wat gááf hee!

W:       Absoluut ja! Heel veel insecten hebben er baat bij… en volgens mij hoor ik ook nog… de bonte specht. Ja… daar! Zie je ‘m? Bovenin…

M:       Jaah!

W:       Gááf hee!

M:       Ja, het is echt een… een spechtenparadijs hier.

M:       Ja…

W:       Ja…

M:       Móói!

W:       Ja, het geeft…

M:       Een bos vól leven!

W:       Een dood bos vol leven… en d’r komt nu weer verjonging bij, dus hoe mooi kan je het hebben. 

 


 

Hoe mooi kan je het hebben’? Nou, om eerlijk te zijn: het kán best mooier… Eens kijken wat de Vogelbescherming te melden heeft over de zwarte specht: 

Zwarte spechten komen in Nederland het meest voor in uitgestrekte naaldbossen, afgewisseld door beukenlanen en -percelen”. 

Enfin, gezien het bovenstaande – de aantasting door de kever – heeft de specht hier z’n langste tijd dus wel gehad… jammer. En die beuk, die gaat het vermoedelijk evenmin redden, want de droogte… Voeg daarbij het kapgrage Staatsbosbeheer dat oudere beuken - waar de Specht gewoonlijk een nest in maakt - die wel overleven, toch vaak voortijdig kapt…




De stem van de presentator: ‘Aan de bomen kun je goed zien dat bosbeheer nog niet zo makkelijk is’. 




Marieke, wederom wandelend door het prachtig berijpte struikgewas...



M:       Nou lijkt het alsof ik weer door een dood bos loop, maar dit zijn lariksen… die verliezen hun naalden in de winter… De enige naaldboom die dat doet. En verder zijn ze springlevend. En ze staan zó dicht op elkaar, dat je elkaar bijna niet kunt zien! 


Nostalgisch muziekje op de achtergrond...




W:       Ja, het is hier een beetje uit de hand gelopen met de opkomst van de lariks.

M:       Ze doen het echt enorm goed!

W:       Ja, en het is één groot walhalla…




M:       Wat is hier gebeurd? Wat is het verhaal van deze plek?

W:       Ja, in 2013 hebben we hier eh anderhalve hectare lariksen gekapt. 

M:       Jaah?



 

W:       Dat is iets wat we nu niet meer zouden doen… 


Nee, nogal wiedes, dat mág niet meer! Van de wet! Maar vergis je niet: er zijn veel locaties aan te wijzen waar het ene jaar 0,5 hectare wordt gekapt, en dan het volgende jaar – met een decoratief strookje ertussen – een aanpalende 0,5 hectare, en het jaar dáárop… u raadt het al! 




Het zou niet de eerste keer zijn dat Staatsbosbeheer door de wet, of door de provincie, op de vingers getikt moet worden!


M:       Dat is echt een flink oppervlak!

W:       Ja! Zeker ja… en je ziet ook wat er gebeurt hee? Je krijgt enorme opslag van allemaal lariksen die uit zaad zijn ontstaan…




M:       Eigenlijk heb je nu weer een monocultuur, waar je eigenlijk dus vanaf wil…

W:       Ja, nee, zeker. Dus we gaan hier ook zeker ingrijpen en dat gaat deze winter al gebeuren, om bijvoorbeeld de andere soorten zoals fijnspar, eh beuk, eh berk, alles wat hier nog opkomt ook, omdat vrij te zetten en licht te geven… eh ook zodat je variatie krijgt, zowel in soort als in leeftijd.

 



M:       Jaah…  want ik zie ook dat jullie bijvoorbeeld ook deze beuk [wijst] een práchtige beuk trouwens…

W:       Zéker!

M:       … dan heb je dus niet alleen variatie in soort en leeftijd, maar ook, ja, een bron van zaden, voor de nieuwe beuken in de toekomst.

 



W:       Ideaal!

M:       Ja, móói! Maar toch… zo’n anderhalve hectare aaneengesloten kappen… ja, dat doen we niet meer!

 

Ik herhaal het nog maar een keer: grotere (dan 0,5ha) aaneengesloten percelen kappen is wet-te-lijk niet meer toegestaan! Staatsbosbeheer hoeft zichzelf hier dus niet voor op de borst te kloppen. Maatschappelijk gezien gaan er zelfs veel stemmen op om ook die 0,5-hectare-kap te verbieden, maar minister Schouten heeft dat helaas niet aangedurfd…




W:       Nee, zéker niet, nee! Ik heb nog een mooie plek, iets verderop, en dan kan ik laten zien hoe we het nu gaan doen.

M:       Ja, leuk! Die kant op?

W:       Ja, díe kant op!

 


 

Nostalgisch muziekje op de achtergrond, berijpt landschap...




W:       Kijk, als je goed om je heen kijkt in de winter is er ook nog volop kleur te zien. Hier bijvoorbeeld, hebben we het prachtige, kleverig koraalzwammetje…

M:       [met heel zachte stem] Oh, práchtig! En hier dit bekermos… kijk nou, met dat rijp d’r op…

W:       Ja, fantástisch! Het zijn páreltjes…

M:       [nauwelijks hoorbaar] Móói!

 



De twee boswachters vervolgen hun wandeling, nostalgisch muziekje op de achtergrond...


 

W:       Kijk, dit is nou een plek waar je goed kan zien hoe we het nu doen. Deze grote jongen die is geblest [te zien is een oude boom temidden van vele jongere en dunnere bomen] dat is de oranje stip…

 


M:       Ja, die gaat dus weg…

W:       Die gaat weg… en zo hebben we een paar bomen op deze plek… zeg maar… aangemerkt, om ruimte te geven hier aan de jonge lariksen…. En dat doen we dus hier pleksgewijs, en niet in het geheel, zoals we het net hebben laten zien, dus geen anderhalve hectare aan elkaar…

 

Hoe vaak moet ik het nog herhalen? Anderhalve hectare aaneengesloten kappen MAG NIET MEER! Dus blijf hier niet over opscheppen! Het lijkt mij redelijk normaal dat een overheidsorganisatie(!) voor bosbeheer zich tenminste aan de basisregels houdt… 



W:       …maar verspreid door het bos op na zeg maar zo’n zeven plekken, en dat staat gelijk aan anderhalve hectare, in totaal…

M:       In totaal…

W:       In totaal, ja.

 

Aha, hier komt de aap uit de mouw! Er wordt inderdaad nog altijd anderhalve hectare gekapt, per gebied. En neem van mij aan dat dit niet handmatig gebeurt, maar met grote machines die enorm veel schade aanrichten in de ondergroei, de bosbodem, omringende bomen… Deze manier van kappen zou, qua schaal van de ingreep, dus nog wel eens erger kunnen zijn dan de oude manier. Hieronder bijvoorbeeld drie joekels achter elkaar die op de nominatie staan om gekapt te worden... Dit is op zichzelf al erg genoeg, maar wat blijft er dan van de omgeving heel, met de moderne machines van Staatsbosbeheer?!




W:       Maar het verschil is: we gaan hier echt goed kijken van: welke bomen zijn… nou ja eigenlijk oogstrijp… want we moeten ook hout oogsten… 

 

Marieke knikt fanatiek... 

Wenda vertelt:




En ik? 

Ik maak mij zorgen… Ik zie, ik geef het onmiddellijk toe, ‘beren op de weg’. 




Beer 1: Oogstrijp, in ‘Staatsbosbeheers’ een ander woord voor: zojuist volwassen geworden. Dus niet meer piep, zal ik maar zeggen. En die moet dus weg… in deze intensieve bomenhouderij, waar haast geen boom een tijdje van de volwassen leeftijd mag genieten…




Beer 2: ‘we moeten ook hout oogsten’: onder druk van de publieke opinie beginnen ze het eindelijk toe te geven: onze bossen zijn – vrijwel zonder uitzondering – productiebossen. Hetgeen betekent: ze krijgen geen rust, en kunnen zich niet op natuurlijke wijze ontwikkelen. 




Beer 3: ‘we gaan hier echt goed kijken’: hierbij gaan bij mij de alarmbellen rinkelen. Want dit is dus juist precies niet Blogwachters eigen ervaring met Staatsbosbeheer. En Blogwachter heeft vele bospercelen in Nederland bezocht… De stippen lijken er soms voor de sier te staan: blauw gemarkeerde bomen gaan nogal eens om, een enkele geluksvogel met oranje stip blijft staan…




W:       … en daar staat natuurlijke verjonging, die we ruimte kunnen geven.

M:       Precíes! Want door déze boom weg te halen komt er meer licht op deze plek en kunnen zij weer uit gaan groeien…

W:       Ja! Ja! Dát klopt!




Nostalgisch muziekje op de achtergrond...




M:       Nou staan er dus een paar écht wel grote bomen met oranje stippen… Die gaan weg. Dat dóet mensen wat hee! Dat máákt gewoon veel los! 




Nostalgisch muziekje op de achtergrond...




Wat is er met Staatsbosbeheer aan de hand? Staat het water ze aan de lippen? Ik zou bijna geloven dat de organisatie in de verdediging gedrongen is… Oftewel: de publieke druk neemt toe! Of misschien zijn er wat PR-cursussen tegenaan gegooid, voor het personeel?



 

Bijvoorbeeld: hoe verdiep je je in de verontruste burger? 



Of: hoe toon je zoveel mogelijk empathie...




... terwijl er ondertussen toch zoveel mogelijk op de meest efficiënte manier… eh… plat gaat? Een en ander niet ondanks, maar juist dankzij al die empathie van de boswachters, die de ‘verontruste burgers’ met succes in slaap hebben gesust, juist dóór al hun ostentatieve begrip!




M:       Ik vind het persoonlijk óók altijd jammer als zo’n oude boom weggaat. 


Wie soms van mening is dat ik lelijk doe tegen de boswachters: ik weet heel goed dat het écht mensen zijn! En ze zullen vast en zeker van de natuur houden… wie kiest er anders voor dit beroep?




M:       Wat is het verhaal wat je dan aan mensen vertelt?

W:       Ja, het verhaal is eigenlijk dat bosbeheer is langetermijndenken. Je kan heel makkelijk zo’n stip zetten en eh een boom omhakken, maar je moet kijken van hoe gaan we de komende vijftig tot tachtig jaar om met dit bos…

M:       [zachte, begripvolle stem] Jaah…

 


‘Bosbeheer is langetermijndenken’: hier gaan we praten! Toch?




W:       Dus willen we een mooi, gevarieerd bos houden, dan moeten we dus gaan verjongen! Maar dat kan alleen als je ruimte maakt voor de jonge boompjes! Anders krijg je dat niet voor elkaar! 

 

Hier breekt mijn klomp! Want wat verstaat Staatsbosbeheer onder verjongen? Juist ja, alles plat, en vervangen door… ‘veren’ – takken eigenlijk, met 3 worteltjes eraan. 




Daar komt bij dat er nu al overal ruimte is voor jonge boompjes… bekijk de beelden, het is overduidelijk.




Door Staatsbosbeheer wordt vooral één soort uit dit bos gehaald, te weten de min of meer volwassen boom… niet eens oud, want bomen worden in Nederland zelden oud, maar tenminste volwassen… Uitgerekend déze bomen worden gekapt (want: houtoogst). Gevolg: weg diversiteit in leeftijd, weg moederbomen…




Wat vinden beroemde wetenschappers hier eigenlijk van? Zoals Suzanne Simard? Juist ja: die vegen hier de vloer mee aan. Want als het gaat over het belang van de jonge boomjes moet je juist de moederbomen laten staan! Want jonge boompjes, díe groeien vaak niet op een kaal terrein… of worden door planten overwoekerd, dan wel door droogte overvallen, door reeën opgegeten… enzovoort!




W:       Maar ik snap heel goed de emotie…


Staatsbosbeheer: gebruik dit woord NIET voor de met reden ‘verontruste burger’! Het is denigrerend! En als je het tóch zo nodig wilt gebruiken, realiseer je dan tenminste dat 'emoties' oeroude en eerbiedwaardige signalen zijn, die er gewoonlijk op wijzen dat er iets goed mis is! Daarbij: zorgvuldig en goed onderbouwd nadenken over behoud van oude bomen is uiterst ra-tio-neel, en/want geheel volgens de laatste wetenschappelijke inzichten, en daarbij in het belang van het behoud van onze biodiversiteit en onze planeet!




W:       …hoor! Maar het is toch noodzakelijk, ook voor de volgende generaties. 

M:       Ja, precies! Dát is ook wel het bijzondere aan ons vak vind ik, dat je werkt altijd aan iets dat pas over vijftig, zestig, zéventig jaar tot… ja, iets gaat opleveren.

 

Iets dat pas over meer dan een halve eeuw iets gaat opleveren?! En wat is er dan, in al die programma’s van Marieke – ‘doorgaans laat ik de mooie kant van de natuur zien’ – zo mooi? Die bossen zijn er toch nu (al)?! Het gaat, in het geval van bossen die er al zíjn, toch om behéér? Wie een gezinnetje 'zorgvuldig beheert', vermóórdt de kinderen toch niet zodra ze de volwassen leeftijd hebben bereikt, om vervolgens doodleuk weer nieuwe kinderen te nemen?!

 

W:       Voor onze kleinkinderen eigenlijk hee?

M:       Ja, voor onze kleinkinderen inderdaad! Dan zijn we d’r zelf al niet meer. 

W:       Nee…

M:       En dat is echt iets van héle lange adem…

W:       Ja!

 

Nostalgisch muziekje op de achtergrond...




Ze snappen het wel, bij Staatsbosbeheer, dat is het gekke. Ze ‘benoemen’ de pijn nu zelfs, heel stoer! 




Ze gaan zelfs dwars door de zure appel heen! Voor ons is dus alles weg, en zelfs voor onze kleinkinderen. En – erger – ook voor alle nu levende egeltjes, zwijnen, zwarte spechten (!), marters, edelherten, reeën, konijnen, enz. En als we het daar over generaties hebben, dan kun je wel stellen dat deze veel korter levende dieren minimaal tientallen generaties moeten wachten, voordat er weer een leefgebied voor hen is… best triest eigenlijk!



 

M:       Ik vind de Emmerdennen toch zóohóon fraai bos! En het is hier gewoon net alsof je meer zuurstof hebt!

W:       Ja het is ook net een sprookje hee. Als je om je heen kijkt…. Je ziet jong, oud… eh loofbomen, naaldbomen, je ziet álles door elkaar heen, en alles kán… dood hout… ja het is gewoon gewéldig!

M:       Ja, dit is het gebied waar jij werkt…

W:       Ja!

M:       Dat is toch genieten?

W:       Ja, zeker! Ja, dat is zéker genieten! Ja…. 

 

Nostalgisch muziekje op de achtergrond...




W:       Zelfs in dit oude bos doen we dus aan bosbeheer… 

 

Bosbeheer? Hier? Oei! Hier schrik ik van, deze opmerking moet ik even verwerken… oude bossen blijf je met je tengels af... toch?!




W:       …en dat kan je hier echt heel mooi zien.

M:       Dat is heel duidelijk!

W:       Ja!

M:       Ja, hee? 



W:       Hier stond een táchtig jaar oude zilverspar…

M:       Oh, wauw!

 


W:       Echt een… mégaboom was dat… En deze hebben we toch… omgehakt. Maar dan echt puur ten behoeve van de jonge sparren die hier staan… 

 

Marieke knikt ijverig...




M:       Van de nakomelingen…

W:       Ja!

M:       Jaah! Ja, precíes! Want die hebben ook weer dat licht nodig hee! 

W:       Ja, zéker! Ja, anders komt er níks meer op… 


Anders komt er niks meer op?! Lezer, doe me een lol, en denk éven aan het beeld van zojuist: een horde jonge sparren rond die andere oude boom… Laten die zich door zo’n oude boom tegenhouden? Welnee! Vraag het aan Peter Wohlleben, aan Suzanne Simard… De ondergroei hoeft niet weg! En juist oude bomen, met hun uitgebreide ondergrondse schimmelnetwerken, moeten blijven staan… niet allemaal natuurlijk, maar in Nederland krijgt vrijwel geen enkele boom de kans om echt oud te worden!




M:       Nee… Dus als je hier zo rondloopt, hee, dan zóu je gewoon kunnen denken: dit is zo’n mooi, natuurlijk bos! Waarom doe je hier nog iets? Ik bedoel, laat het z’n gang gaan…

W:       Jaah…




M:       [kordaat] Maar daar kiezen jullie niet voor!

W:       Nee… Nee, eh… Daar kiezen we zéker niet voor! Áls we niks doen, ja dan raak je dus dit mooie beeld van het gevarieerde bos kwijt!

M:       Ja… Sterker nog: dat doen ze hier al honderd jaar hee! 

 



Brede glimlach, veel geknik... Ja, de natuur, die kan er niet veel van... als de mens niet ingrijpt wordt het maar een dodelijk saaie boel! 

....? 

.....?!



 

M:       Dáárom ís het hier ook zo gevarieerd! 

 

Wat ben ík een dommerdje, dat ik dát niet snap! De natuur zelf, dat werkt gewoon niet! Altijd weer hetzelfde, gaap! 'Het gebruikelijke'... Maar toen kwam de mens, in het bijzonder Staatsbosbeheer, en ontstond er eindelijk léven in de brouwerij! 




Zoals daar zijn: dan weer een platgemaaid stuk, dan weer een perceel tjokvol tja... eh... 'veren', dan weer een perceeltje met Japanse Duizendknoop… vervolgens een verrassend stukje decor van een metertje of tien breed, en dan (al)weer een kaal perceel met wat oprukkende uitheemse berenklauw… Zó verrassend!

 

M:       Want ik… eerder had ik het erover dat na de tweede wereldoorlog ehm… alles in monoculturen werd aangeplant, maar daarvóór was d’r een periode waarin ze dus wel die variatie aanbrachten en daar is dit echt het schoolvoorbeeld van. 

W:       Ja, zeker! Ja, en dat doet soms pijn, ik snáp het! Zo’n prachtige boom! Maar ja, wil je het behouden, dan moet je… dan moet je offers brengen! 

 

Hier wordt de verdediging bijna Oudtestamentisch! We moeten ‘offeren’, want anders? Gaat alles mis! Nou ja, tenminste volgens StaatsBosBeheer... 




Zo komen we toch weer op die gezinnetjes: laten we zeggen dat we de ouder wordende kinderen telkens offeren, om… vervolgens weer nieuwe nemen? Maar zelfs die strenge Oudtestamentische God, die toch voor de duvel niet bang was, vond dit te gortig! Want Isaac, die hoefde uiteindelijk niet op het vuur… Het ging God alleen maar even om de gehóórzaamheid! Ként Staatsbosbeheer de klassieken eigenlijk wel? En aan welke wetten is Staatsbosbeheer eigenlijk zo… gehoorzaam? Misschien toch vooral aan die van het Geld?! 

 

M:       [haastig] Maar d’r blijven ook genoeg over hee!

W:       Ja, ja… gelúkkig wel ja!

M:       Die wél gewoon blijven staan! 

 

Jazeker: de jongere en dunnere bomen, díe blijven over! Zonder de gloedvolle, voedende en heel vaak noodzakelijke verbinding met oudere moederbomen!

 

M:       Precies! Is vast ook nog wel een voorbeeld van te vinden! 

 



Nou, dát wordt wél een uitdaging… om in een bos van Staatsbosbeheer een wérkelijk oude boom te vinden!

 

W:       Absoluut! Daar gaan we nu naar toe!

M:       Leuk!

 

Nostalgisch muziekje op de achtergrond...



M:       Oh wauw! 

 


Nostalgisch muziekje op de achtergrond... 




Blije Boswachters naderen grote boom met blauwe(!) stip... 




Hmm... Typisch zo’n boom die zo kronkelig is gegroeid dat het hout van weinig waarde is… 




Overigens een goede tip voor alle bomen: groei ordeloos, rommelig, of eigenlijk wáárdeloos naar links, een stukje omhoog, en dan weer naar rechts… dan ontsnap je misschien, héél misschien – mits de harvester zich niet vergist – aan de fenomenale kapwoede van Staatsbosbeheer!




M:       Die is gááf hee! Oh, wát een móóie eik! Over een sprookjesbos gesproken!

W:       Ja, dat eh… deze eik is al honderdvijftig jaar oud! 

 


 

Ja, maar helaas wel stervende zo te zien, want opvallend veel dode takken... Nostalgisch muziekje op de achtergrond! 

 

M:       En mag nog héél veel ouder worden zie ik! Want ik zie een eh… stip…

W:       Ja, deze heeft een blauwe stip…

M:       Gelukkig! 



Nu ja, ouder worden... zo te zien is ie stervende dus. Maar ik kan het niet ontkennen: een boom die rustig mag sterven, dat is al héél wat, in een bos van Staatsbosbeheer...




Afgezien daarvan betekent en blauwe stip helaas niet zoveel... en áls ie om gaat, alsnog, en je als burger achteraf gaat klagen over de duidelijk aantoonbaar onrechtmatige kap van nota bene blauw gemarkeerde bomen, dan ben je al snel iemand die 'zwelgt in de ellende' en/of zich niet neer kan leggen bij dingen die onomkeerbaar zijn...




W:       Die mag blijven! 


De mens wikt, maar StaatsBosBeheer beschikt!

 

M:       Jaah! 

 

Marieke kijkt verzaligd omhoog... naar de fortuinlijke eik die voor de oogst vermoedelijk van weinig waarde was, door de wat kronkelige stam... 


 

W:       Ja, deze eik die blijft hier staan! Het is natuurlijk ook een dikke boom, net zoals net, maar eh… eiken doen het niet zo goed in een wat donkerder bos, dus jaa…

M:       Die hebben licht nodig… 

W:       Dit plaatje dat blijft gewoon en eh… mag hier eh… oud worden en sterven!




Beste lezer: wees gerust! Slaap zacht. Als u op uw oude dag een oude boom wilt zien, dan bestelt u misschien een 'oudebomenkaart' bij Staatsbosbeheer, of u schaft een gidsje aan, en dan kunt u zien wáár in Ons Land Het Handjevol Oude Eiken staat, dat de activiteiten van Staatsbosbeheer als door een wonder heeft overleefd… Daar kunt u dan met zijn allen naar toe, mogelijk met een gezellige huifkartocht, cake en koffietje erbij… Gezellie én efficiënt!


M:       En hopelijk wordt ie héél oud!

W:       Dat hoop ik zéker ja!

M:       Precíes!

W:       Ja!

M:       Het wordt alleen maar mooier!

 



De twee Blije Boswachters wandelen weg, van de stervende eik... Bladgeknisper, nostalgisch muziekje, de door Staatsbosbeheer Uitverkoren Eik nog even helemaal in beeld. 




Wat valt u op, lezer? Nogmaals: ik zie zoveel dode taken… is hij daarom uitverkoren als... 'toekomstboom'? Heeft SBB er niet zoveel meer aan, qua oogst? Fantastisch hoor, voor de ecologie, maar loop er in dat geval niet zo uitzinnig over op te scheppen!

 

W:       Kijk, hier heb ik nog iets héél bijzonders!

M:       Ik zíe het ja!


 

W:       Deze Douglas is tien jaar geleden getroffen door de bliksem. Dit was… helemaal kaal naar boven… een baan van zo’n tien centimeter, en als je goed kijkt zie je hier ook allemaal harssporen… en in tien jaar tijd heeft ie zich weer hélemaal hersteld! Hij is weer helemaal overgroeid…

M:       Ge-wél-dig! 

W:       Het is echt een pláátje, is het.  




Nostalgisch muziekje op de achtergrond...




M:       Ik vind het ook wel heel mooi om zo even deze dag af te sluiten, want we hebben het de hele dag gehad over het menselijk ingrijpen in het bos, en wat we daar in het verleden fout in hebben gedaan, met de monoculturen…

W:       [ijverig geknik] Ja!

M:       … en hoe dat nu aan het veranderen is… Maar laten we vooral niet vergeten dat de krácht [zet deze term kracht bij met gezwaai van armen] in de natuur zelf zit!

W:       Ja!


Lezer, let op: onderschat de verwoestende werking van Staatsbosbeheer evenmin!



M:       En dat laat zo’n boom natuurlijk fantastisch zien!

W:       Jaah… Uiteindelijk bepaalt de natuur zelf!

M:       Ja, en daar wérken we mee…

W:       Ja, hoe móói kan je het hebben, hee?

 

Nostalgisch muziekje, de dikke stam van de boom - die vermoedelijk ten gevolge van de blikseminslag geen bruikbare 'oogst' meer is, maar dit terzijde - pontificaal in beeld...


 

M:       Fan-tás-tisch! [met zachte stem]

 



1 opmerking:

  1. Wat een geweldig stukje, eigenlijk zoals ik het had wensen te schrijven 👍

    Dank hiervoor 👊

    BeantwoordenVerwijderen