dinsdag 29 augustus 2017

Het bos en de kinderen: een dilemma.

"Kom vaak bij ons. Jij die begint te leven
Verstaat ons 't best en bent het dichtste bij.
Een kerkhof vind je, evenals een wei,
Een plaats goed om te draven en te spelen",
dichtte Jacob Slauerhoff (1898-1936), in de bundel "Serenade".


Cartoon verkegen via internet

Bij "een plaats goed om te draven en te spelen" denk ik zelf meteen aan een bos.
Vrij spelen dus, wat iets anders is dan "vrij wandelen op wegen en paden".
Want om echt te spelen moet je soms af van de gebaande paden.
Wat om verschillende - soms overigens uitstekende - redenen eigenlijk niet mag, van Staatsbosbeheer.


Augustus 2017, Hogeland. Foto Blogwachter. Om de makers van de hut niet te benadelen, verklap ik niet waar deze hut zich bevindt. Hoe dan ook buiten het gebaande pad, want dat is een deel van de charme.

Toch trof ik in alle tot nu toe door mij bezochte Hogelandse (dorps)bossen sporen aan van spelende kinderen (zie boven).
Soms zelfs van spelende volwassenen.
Zo is de constructie op onderstaande foto in het Dingebos duidelijk niet door kinderen gefabriceerd:


Dingebos, Uithuizen, 10 augustus 2017. Foto: Blogwachter. Restanten van een kampvuur, duidelijk niet door kinderen gemaakt.

Hier is bovendien een vuurtje gemaakt.
De restanten ervan zijn nog zichtbaar.


Dingebos, Uithuizen, 10 augustus 2017. Foto: Blogwachter. Verkoolde restanten van een kampvuur.

Sporen van kampvuurtjes heb ik tot nu toe in elk bos aangetroffen.
Hier zijn boswachters natuurlijk terecht panisch over.
Wel experimenteert Staatsbosbeheer momenteel op plekken waar vrij mag worden gekampeerd - 'paalkamperen' - met aangewezen plekken waar veilig een vuurtje kan worden gemaakt: zie NRC, 25 augustus 2017.
Als mensen het niet kunnen laten, kun je het maar beter reguleren.

Hoe dan ook: gevaarlijke spelletjes (fikkie stoken) daargelaten is spelen op zichzelf goed nieuws.
Zelfs voor volwassenen.
Want spelende volwassenen zijn de leukste volwassenen.
Het innerlijk landschap van wie nooit (meer) speelt wil nog wel eens verdacht veel gaan lijken op het strikt gereguleerde paadje in het bovenstaande cartoon.
'Vrij denken binnen door anderen(!) voorgeschreven regels en kaders', in plaats van onafhankelijk en kritisch denkende individuen dus.

Spelen is dus goed.
Voor de lichamelijke én geestelijke gezondheid, van grote mensen en kinderen.
Bij voorkeur buiten.
Gelukkig zijn er al die nieuwe, zowel sjiek als natuurlijk aandoende, Hogelandse dorpsspeeltuinen.
Met gecertificeerde toestellen die voldoen aan de laatste - opnieuw 'verstrengde' -  veiligheidseisen.

Helaas heeft een traditionele speeltuin zo z'n beperkingen.
Zeker voor de wat oudere kinderen.
Want eigenlijk vertel je deze kinderen hoe ze moeten spelen.
Terwijl ze dat heel goed zelf kunnen bedenken.
Verder neem je (vrijwel) alle risico's voor hen weg.
Maar eigenijk moeten kinderen - geleidelijk aan, mits oud genoeg - leren om bepaalde risico's zelf in te schatten.
Zo kan het bijvoorbeeld helemaal geen kwaad om een keer uit een boom te vallen.
Mits niet te hoog, met de zachte bosgrond als vangnet.
In de meeste gevallen kom je er met een gekneusde arm of een paar schrammen af, maar let de volgende keer wél iets beter op.

Er zijn natuurlijk steeds meer klimparken, waar kinderen onder begeleiding, gezekerd - en, last but not least na betaling van een fiks bedrag - mogen klimmen.
Opvallend vaak in het bos, want dat is het leukst.
Toch blijven zulke commerciële uitstapjes in de meeste kinderlevens incidenten.
En hoewel het er levensgevaarlijk uitziet, is het er op een bepaalde manier toch...te veilig.
Maar als de techniek het laat afweten is deze vorm van klimmen - hoog in de bomen balancerend - onmiddellijk onverantwoord.
Daarbij wordt de creativiteit van de kinderen op deze manier nauwelijks geprikkeld.
Ze klimmen onder begeleiding, en de routes liggen precies vast.
Hapklaar amusement dat met spelen weinig te maken heeft. 


Klimpark Fun Forest. Verkregen via: http://www.happyfield.nl/dagje-weg/actief/klimparken-fun-forest

Kan dit niet goedkoper, eenvoudiger, speelser, 'vrijer' zo je wilt?
Zo trof ik in het Hogelandse bos Abelstok zomaar de perfecte klimbomen aan.
Helemaal gratis.
Goed verborgen voor de wereld - wat wil je nog meer! - in een oude en al lang verlaten hoogstamboomgaard.
Zie hiervoor ook: https://nl.wikipedia.org/wiki/Abelstokstertil
Een s(r)pook(jes)bos, een kinderparadijs.
En die oude reuzen verblikken of verblozen niet.
In hun lange leven hebben ze al zóveel meegemaakt!
Aangeplant in 1923 zijn deze bomen tijdgenoten van Slauerhoff (†1936).
Je hoort ze dan ook fluisteren: "Kom vaak bij ons. Jij die begint te leven
Verstaat ons 't best en bent het dichtste bij."


Het bos Abelstok, 15 augustus 2017. Foto's: Blogwachter. Verlaten hoogstamboomgaard, met tientallen perfecte klimbomen zoals deze.

Natuurlijk staan ook hier die onvermijdelijke bordjes van Staatbosbeheer.
Kinderen mógen hier helemaal niet spelen, en deze foto's zijn weer illegaal gemaakt.
Soms moest ik wel even van het "padje af".


Het bos Abelstok, 15 augustus 2017. Foto: Blogwachter. Bord naast een toegangspad.

Op dit moment hoor je deskundigen steeds vaker (voorzichtig) suggereren dat een ál te grote nadruk op veiligheid er - uiteindelijk - toe leidt dat kinderen zelf helemaal niet meer leren om op te letten.
Met als gevolg een tekort aan ingebouwde waakzaamheid, dat hen later duur kan komen te staan.
Want slechts een paar jaartjes ouder en je word niet langer structureel beschermd tegen alle mogelijke risico's.
Zie hiervoor ook: https://www.nrc.nl/nieuws/2017/03/31/advies-laat-kind-met-zakmes-spelen-7799114-a1552801


Sigmund. Jongetje: "Van mama moet ik buitenspelen om mijn zintuigen te prikkelen."
Meisje: "Ik moet een hut maken omdat het tegemoet komt aan mijn scheppingsdrang".

Lastig is het wel, want die regels van Staatsbosbeheer zijn er natuurlijk niet voor niets.
Zo mogen honden niet overal los, omdat ze het wild kunnen verstoren.
Of, in het voorjaar, broedende vogels.
Buiten de paden spelende kinderen laten ook al snel hun sporen na.
Soms graven ze kuilen, of breken ze takken af.
In het ergste geval schrijven ze hun namen in de schors of breken stukken bast af.
Of laten hun afval achter in het bos.

Zodra het gaat over het gebruik van het dorpsbos, kom je op het terrein van het verschil tussen juridisch en gevoelsmatig eigendom (Zie ook: "Dorpsbosjes: juridisch en gevoelsmatig eigendom", 15 augustus 2017).
Zeker in het geval van de dicht bij de bewoonde wereld gelegen dorpsbossen is dit een lastig dilemma.
Er komt nooit een boswachter, maar de spelende kinderen weten deze bossen te vinden, en doen daar allemaal dingen die niet mogen.

Gelukkig maar.
Want ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat alle door kinderen of honden aangerichte schade (met uitzondering natuurlijk van bosbranden) peanuts is in vergelijking met de door de oogstmachine aangerichte schade.
Want zodra de oogstmachine ergens bezig is geweest, zit er voor de kinderen helaas weinig anders op dan hele stukken bos er zelf maar bij te fantaseren:


Afbeelding verkregen via internet.

Voor de (dwangmatige?) optimisten onder ons is dit vast een creatieve uitdaging.
Maar het kan natuurlijk óók zo zijn dat deze kinderen de natuur helemaal niet meer leren kennen.
En wie de natuur niet kent, zal haar ook niet beschermen.

zondag 27 augustus 2017

Uitstapje naar Friesland: eindresultaat in Oud-Bakkeveen

Omdat ik in Uithuizen zoveel omgehakte bomen aantref met blauwe markeringen, vraag ik me onwillekeurig af of ik de boswachters misschien niet goed begrepen heb.
Blauw betekende toch: sparen, "toekomstboom", enzovoort?!
Hoe dan ook werden in Uithuizen (zie blog 12 augustus) zowel blauwe als oranje bomen gekapt, hoewel (nog?) niet allemaal.
Maar de houthakkers waren er dan ook nog niet vertrokken.

Voor zulke tijfelgevallen is er Google.
Helaas kan ik over de betekenis van de door de boswachters gebruikte kleuren nergens uitleg vinden.
Wel stuit ik bij deze zoekactie op een digitaal krantje uit het Friesland, te verkrijgen via https://www.bakkeveen.nl/2011/11/boskkap-oud-bakkeveen-de-eindstand/
Bakkeveen ligt in de gemeente Opsterland.
Ik lees verder, al is het maar omdat de familie van mijn vader hier vandaan komt (Gorredijk).
Het artikel met de blauwe markeringen gaat over "eindstand" van de "boskap Oud-Bakkeveen".

Gelukkig heb ik me niet vergist: blauw betekent inderdaad 'sparen'.
In Bakkeveen vooral vanwege vleermuizen, eekhoorns en vogelnesten.
Helaas lijkt er in dit bos nogal wat mis te zijn gegaan, hoewel het officieel ging om onderhoud (verdunnen): "Direct na het blessen in 2010 leek het er al op dat er niet helemaal volgens de afspraken en de Code Zorgvuldig Beheer gewerkt zou gaan worden."
Bakkeveense burgers trokken aan de bel. 
"Daarna is er de verplichte inventarisatie geweest, dit leverde tientallen weer ontbleste bomen op en dit gaf weer vertrouwen dat het toch nog grotendeels goed zou komen", aldus een zekere Rino Rietveld.
Ontblest betekent in dit geval: van oranje naar blauw.
Of liever: blauw - duidelijk zichtbaar - óver oranje.
Bij de inventarisatie ging het vooral om bomen die onmisbaar waren voor vogels, eekhoorns of vleermuizen.

Bovendien ontving Rietveld van de Bosgroep N.O. Nederland een e-mail met de toezegging dat bij die gelegenheid ontbleste bomen "uiteraard gespaard zouden blijven".
Maar uiteindelijk constateert Rietveld dat 75% van deze ontbleste bomen tóch is omgezaagd.
Dit ondanks de grote natuurwaarde ervan.

Rietveld erkent de "zorgplicht" van boseigenaren - in dit geval niet Staatsbosbeheer - en hoewel hij in 2006 al aan de bel trok, wilde hij nadrukkelijk niet overal over "zeuren".
Al had het uitdunnen "met een hoogwerker of wat meer beleid wel beter opgelost kunnen worden". 
Hoe dan ook is het eindresultaat volgens hem "rigide en onnodig".
Hieronder een opsomming van wat er zoal misging in Bakkeveen, bij een eenvoudige onderhoudskap:
Rino Rietveld, in digitale krant Bakkeveen. 
Verkregen via: https://www.bakkeveen.nl/2011/11/boskkap-oud-bakkeveen-de-eindstand/

Hieronder een voorbeeld van een bij de inventarisatie alsnog blauw gemarkeerde boom met sporen van vleermuizen die alsnog werd omgezaagd:

Rino Rietveld, in digitale krant Bakkeveen. Verkregen via: https://www.bakkeveen.nl/2011/11/boskkap-oud-bakkeveen-de-eindstand/
Bijschrift foto boven: "Een vleermuizenkenner kan alleen al aan deze foto zien dat hier vermoedelijk vleermuizen hun verblijfplaats hebben, verder zijn er nog andere methoden om dit vast te stellen. Tijdens de inventarisatie nadrukkelijk ontblest met een groot aangegeven ster wat aangeeft: vooral laten staan omdat er in dit geval waarschijnlijk vleermuizen in huizen."
Bijschrift foto onder: "Toch omgeramd"

Wie kun je eigenlijk verantwoordelijk stellen als boskap - in dit geval gewoon onderhoud - zo overduidelijk niet volgens officiële regels en/of mooie beloftes verloopt?
Rietveld merkt op dat een en ander niet heeft plaatsgevonden volgens de Code Zorgvuldig Bosbeheer.
In dat geval is er "geen rechtstreekse ontheffing meer van de Flora en Faunawet" en zijn de overtreders dus strafbaar.
Rietveld consulteerde een opsporingsambtenaar die inderdaad duidelijke overtredingen signaleerde, en deze voorlegde aan de Officier van Justitie.
Volgens de rechter bleek er echter pas sprake van een strafbaar feit als er "bij dit soort werkzaamheden beschermde dieren worden gedood".
Tot overmaat van ramp moet het overleden óók nog eens direct geconstateerd (lees: bewezen) worden door een opsporingsambtenaar.
En daar zijn er niet (meer) zoveel van, in het gehele noorden van Nederland.
Kortom: onbegonnen werk.
Daarbij merkt Rietveld op dat Code Zorvuldig Bosbeheer uit 2010 in 2011 werd opgevuld door de Code Bosbeheer.
Met weglating van het woord 'zorgvuldig' dus.

Gelukkig lijkt 'zorgvuldig' juist het stopwoordje te zijn van de op het Hogeland werkzame boswachters van Staatsbosbeheer.
Want in gesprekken met verontruste burgers is er geen woord dat zij vaker gebruiken.
Ongelukkig genoeg verhindert het eindresultaat - bijvoorbeeld in Uithuizen - boswachters niet om deze mooie woorden te gebruiken.

Om terug te komen op mijn vraag: uiteindelijk blijkt niemand achteraf verplicht enige verantwoording af te leggen over aantoonbare overtredingen van de wet.
Want in Bakkeveen is niemand beboet of zelfs maar aangeklaagd dan wel dringend terechtgewezen, ondanks overduidelijke overtredingen.

Helaas is onderstaande mooie, gezonde Bakkeveense eik er geweest.
Ondanks de zorgvuldige blauwe markering:

Rino Rietveld, in digitale krant Bakkeveen. Verkregen via: https://www.bakkeveen.nl/2011/11/boskkap-oud-bakkeveen-de-eindstand/
Bijschrift foto boven: "Een levende boom, nooit geblest, wel uit voorzorg tijdens de inventarisatie blauw gemarkeerd ten teken dat hij gespaard moet blijven in verband met een nestholte".
Bijschrift foto onder: "Toch omgezaagd en meegenomen"

Het goede nieuws: in Bakkeveen maken groepen burgers zich zélfs druk over dode bomen.
Dit vanwege de in die bomen levende dieren.
Het overgrote deel van het Oud-Bakkeveense bos is dan ook gespaard gebleven.
Maar in Uithuizen (zie blog 12 augustus) is de situatie wel even anders.
Aanleiding voor deze kap is de essentaksterfte, maar gek genoeg lijkt het overgrote deel van de (gezonde!) eiken in het Dingebos eveneens het veld te moeten ruimen.
Net als overigens het merendeel van de (nog) gezonde essen:


Dingebos, Uithuizen, 10 augustus 2017. Foto: Blogwachter. Op de voorgrond eiken, op de achtergrond een minderheid van eiken, maar vooral veel essen, waarvan aanmerkelijk opvallend veel blauw gemarkeerd.

De eik op de foto uit Bakkeveen werd niet uitsluitend "omgezaagd" maar ook meegenomen.
Een zekere Patrick uit Bakkeveen zag dit in 2010 al aankomen.
Want een dode eik brengt immers méér op dan een levende:


Reactie op artikel: "Boskap in Beetsterzwaag valt niet goed, Bakkeveen komt ook aan de beurt...", 2010, verkregen via: https://www.bakkeveen.nl/2010/12/boskap-in-beetsterzwaag-valt-niet-goed-bakkeveen-komt-ook-aan-de-beurt/
Tekst: "Patrick zegt: 30 december 2010 om 20:13 Laten we er niet omheen draaien: de werkelijke reden is de momenteel hoge houtprijs per m3. Eigenaar van deze percelen kan nogal wat voor dit hout krijgen en daarom is het voor hem/haar interessant om dit bos te kappen. Dat dit onder het mom gaat van "onderhoud"; tja. En dat dit ten koste gaat van de recreatieve waarde van de percelen maakt al helemaal niet uit."

Helaas zijn er sinds 2011 nog meer natuurwetten en regels gesneuveld, onder meer door bezuinigingen en decentralisatie.
Nog even, en onze natuur is letterlijk 'vógelvrij'.  

zaterdag 26 augustus 2017

Het Bedumerbos: inspirerende collectieve inspanning

Het Bedumerbos is het oudste dorpsbos van Noord Groningen.
Het heeft een bijzondere ontstaansgeschiedenis, die dan ook trots wordt gememoreerd op een informatiebord naast het belangrijkste toegangspad bij de parkeerplaats.
Deze ontstaansgeschiedenis lijkt een bruikbare inspiratiebron voor eventuele toekomstige beheer-vormen van andere Groningse dorpsbossen.


Informatiebord bij de entree van het Bedumerbos. Foto: Blogwachter, 18 augustus, 2017

Het Bedumerbos is een echt dorpsbos.
Hoewel het evenals veel andere dorpsbossen ontstond na ruilverkavelingen was het nooit specifiek bedoeld als productiebos.


Fragment uit "De Bedumer", zoals te lezen op een informatiebord bij het Bedumerbos: "Het ontstaan van het bosplan is een zaak van het samentreffen van verschillende belangen. En in dat samentreffen speelt het buurpraatje een belangrijke rol. Op een keer praat de heer Woudwijk met z'n overbuurvrouw schoolarts mej. Groen, over Bedum en Bedumse toestanden. Er is veel moois in het dorp, maar er ontbreekt eigenlijk een wandelgelegenheid, paadjes in het groen, lanen door bomen en struiken. [...] Het tweetal wordt een drietal, krijgt contact met Ir. Schrevel van Staatsbosbeheer, er wordt een Stichting "Bos en Wandeling" in het leven geroepen."

In Bedum werden de "verschillende belangen" dus al heel snel één.
"Deze stichting vindt op de weg om haar doel te bereiken een haast gespreid bed, bij wijze van spreken", vervolgt de tekst. 
Op wonderbaarlijke wijze lijken alle puzzelstukjes in Bedum op hun plek te vallen.
Zelfs het Waterschap werkt mee.
Het bos is een mooi staaltje van samenwerking: "De gemeente Bedum, de N.V. "Grontmij", de Stichting Bos en Wandeling Bedum, de Cultuurtechnische dienst en Staatsbosbeheer ontwerpen gezamenlijk een plan voor het Bedumerbos."
Dan is er nog de inzet van "Platform gehandicapten Bedum" en de donaties van de plaatselijke Oranjevereniging. 


Bord bij de entree van het Bedumerbos. Foto: Blogwachter, 18 augustus, 2017

Ook voor de bewoners is er een duidelijke rol weggelegd.
Zij moeten zich er "bewust" van zijn "dat dit hun bos straks is!".


Fragment uit "De Bedumer", zoals te lezen op een informatiebord bij het Bedumerbos. "Er moet namelijk nog van alles gebeuren. Het bos moet als het ware worden 'aangekleed', met banken, bruggetjes, picknicksets enz. En dat zou eigenlijk van de mensen zelf moeten komen. Omdat het hun bos is. Een bos van loofbomen, eiken, populieren, wilden, essen, esdoorns, en veel bloeiende struiken, met speelweiden, wandelpaden en een sledeheuvel van ongeveer vier meter hoog."

Zelfs aan een "sledeheuvel" voor de kinderen is gedacht!
Wat is er eigenlijk terecht gekomen van al deze plannen?
Het Bedumerbos is, inderdaad, een mooi bos. 
Om te beginnen is het groot, 26 hectare, waarvan 22 bebost.
Het bos omvat de gehele zuidrand van Bedum:


Screenshot: het Bedumerbos vanuit de lucht, verkregen via Google Maps. 

Zoals het citaat - "eiken, wilgen populieren, essen, esdoorns" - al aangeeft werd het bovendien welbewust als gevarieerd loofbos ontworpen:


Bord bij de entree van het Bedumerbos. Foto: Blogwachter, 18 augustus, 2017

Dit is nog altijd goed te zien.
Ik tref er zelfs een paar rode beuken aan:


Beuken in het Bedumerbos, 18 augustus 2017. Foto: Blogwachter. 

Hoewel de essentaksterfte in het Bedumerbos zeer duidelijk zichtbaar is, en plaatselijk zelfs erger lijkt dan elders, blijft de schade voor het gehele bos door de grote diversiteit aan bomen beperkt.


Essentaksterfte in het Bedumerbos, 18 augustus 2017. Foto: Blogwachter.

Want als je de essen uit de volgende foto wegdenkt blijft er nog genoeg over:


Dode essen én andere bomen in het Bedumerbos, 18 augustus 2017. Foto: Blogwachter.

In voorbereiding op de geplande werkzaamheden is een deel van de bomen in het Bedumerbos al gemarkeerd.
Wat opvalt is dat ik in dit bos geen blauwe markeringen heb kunnen vinden (al kon ik vanwege de dichte onderbegroeiing niet overal komen).


Markeringen in het Bedumerbos, 18 augustus 2017. Foto: Blogwachter.

Vermoedelijk zijn blauwe markeringen - stempel "toekomstboom" - per definitie slecht nieuws voor een bos.
En niet alleen omdat het leeuwendeel van de blauw gemarkeerde bomen vaak alsnog zwaar beschadigd raakt, of zelfs gekapt (zie hiervoor de blogs over Uithuizen).
Want als er uitsluitend oranje markeringen - kappen - zijn aangebracht, betekent dit dat de te kappen bomen in de minderheid zijn. 
Blauwe markeringen wijzen er daarentegen op dat een belangrijk deel van het bos sowieso plat gaat. 
Namelijk: alles wat niet nadrukkelijk als toekomstboom is gemarkeerd.

In een betrekkelijk gezond en gevarieerd bos zijn blauwe markeringen dus helemaal niet nodig.
Tenzij een zieke boom een nest herbergt, en dus ondanks de kwaal (nog) niet kan worden omgehakt.
In het - grotendeels gezonde en verarieerde - Bedumerbos staan dan ook voor het overgrote deel "toekomstbomen".
Nogal wiedes, want een elke boom is van nature toekomstgericht. 
De échte 'toekomstboom' wil niks liever dan groeien, en heeft helemaal geen markering nodig!
Naar eigen zeggen "ondersteunt" Staatsbosbeheer in dit bos "de natuurlijke processen". 
Elders lijkt de situatie helaas minder rooskleurig. 


Informatiebord bij de entree van het Bedumerbos. Foto: Blogwachter, 18 augustus, 2017

Hoopgevend in Bedum vind ik de openlijke en ruiterlijke erkenning dat een bos - voor alles, boven alles - een verzameling bomen is.
Bevolkt door planten en dieren en doorsneden door wandelpaden.
Een bos waarin spechten zich thuis voelen, en vleermuizen hun weg kunnen vinden.
Maar waar óók de kinderen kunnen spelen, soms zelfs buiten de gebaande paden:


Door burgers of kinderen met boomstammen gemaakte doorwaadbare plaats in het Bedumerbos, 18 augustus 2017. Foto: Blogwachter.

De erkenning ook dat een bos méér bos is, zodra bomen een bepaalde hoogte bereiken:


Fragment uit "De Bedumer", zoals te lezen op een informatiebord bij het Bedumerbos: "Het geheel zal over drie tot vijf jaar een hoogte van plm. 2 meter reeds bereikt hebben, de ene soort wat eerder dan de andere".

De eropvolgende passage is bijna aandoenlijk: "Misschien dat dan de Bedumers reeds iets kunnen beleven van hetgeen Frederik van Eeden eens dichtte: Ik droomde, het leven was een groot, groen bos".

Op het Hogeland zijn "grote", "groene" bossen inmiddels ruimschoots aanwezig.
Hoewel niet allemaal zo bewust ontworpen als in Bedum, is de huidige functie ervan vergelijkbaar met de destijds door de Bedumers geformuleerde idealen.
Om deze bossen te behouden en in de toekomst succesvol te beheren zijn de in Bedum gebruikte samenwerkingsverbanden tussen Staatsbosbeheer, gemeente, stichtingen en verenigingen misschien een goede inspiratiebron.

vrijdag 25 augustus 2017

Naar mogelijke oplossingen

Noodzakelijke voorwaarden

Geld
Het ontbreken van geld voor maatwerk - handmatige, daadwerkelijk zorgvuldige kap - lijkt, na enige analyse, de kern van het probleem.
Geld is dus onvermijdelijk deel van de oplossing.

Draagvlak
Verder moeten alle neuzen natuurlijk dezelfde kant op.
Dat wil zeggen: naar één bepaalde, democratisch gekozen, oplossing, waar een aanzienlijke groep mensen vervolgens "voor gaat".
Kom daar maar eens om ;-)
Toch moet er in ieder geval een breed draagvlak zijn, voor welke kansrijke oplossing dan ook.

Informatievoorziening
Dit is extra lastig als niemand nog weet wat er zal gebeuren.
Is het spreekwoordelijke glas "halfvol", "halfleeg" - kwestie van smaak, karakter, etiquette zelfs - of liggen er (straks) vooral scherven?
Informatievoorziening is dus eveneens onderdeel van de oplossing.
Voor een deel heb ik deze taak op me genomen.
Voor zover dat in mijn vermogen ligt, natuurlijk.
Want ik informeer noodgedwongen vooral over wat ik zie en beschik zelden over insiders-informatie.

Empirische waarneming
Want de beste informatie komt voort uit empirische waarneming.
In gewoon Nederlands: uit je doppen kijken.
Met een open blik, die zich niet laat misleiden door PR-verhalen.
Bij voorkeur met behulp van een camera.
Want als de glazen niet zozeer "halfleeg" zijn, als wel aan scherven blijken te liggen, hebben we geen tijd te verliezen.
Maar helaas is nog niet iedereen hiervan overtuigd.

Samengevat
Noodzakelijke voorwaarden voor een oplossing zijn dus: geld, een zo breed mogelijk draagvlak, tijdige informatievoorziening en empirische waarneming - bij voorkeur de neutrale blik van een camera - kunnen niet ontbreken.
Dit zijn stuk voor stuk noodzakelijke, maar geen voldoende voorwaarden voor een oplossing.
Oftewel: er is méér nodig.
Met dit in het achterhoofd ga ik: 

Naar oplossingen

Omdat "de" oplossing net zomin bestaat als "de" Nederlander, zal ik verschillende suggesties doen.
Hoewel voorlopig - bij gebrek aan concreet project - nog zonder "strakke projectplanning".




Particulier initiatief

Een eerste mogelijkheid is natuurlijk particulier initiatief.
Iemand heeft bijvoorbeeld een erfenisje over, en spendeert dit graag aan een mooi verblijf voor vleermuizen en/of spechten.
Het goede nieuws is dat het verblijf er al is.
Inclusief de vleermuizen en de spechten, zelfs.
Er is alleen een beetje geld nodig om te zorgen dat dit alles - nodeloos, zinloos, maar langdurig - verdwijnt.
Onderbegroeiing - eiken, esdoorns, meidoorns, hazelaars - is er genoeg, zelfs in de jongste bossen.
Die eiken en esdoorns zullen enthousiast doorgroeien zodra ze iets meer ruimte hebben.
Evenals de essen met kansen, die we het beste voorlopig kunnen laten staan om te zien hoe ze het in de nieuwe situatie zullen redden.
Want zelfs de universiteit in Wageningen adviseert om terughoudend te zijn met de kap (zie ook: http://www.wur.nl/nl/nieuws/Niet-elke-es-gaat-dood-aan-essentaksterfte.htm )
Toegegeven: deze oplossing is een beetje te mooi om waar te (kunnen) zijn.

Crowdfunding

Dan is er de mogelijkheid tot crowdfunding. 
Beslist niet mijn specialiteit, maar sommige mensen zijn er héél goed in.
Voorwaarde: een duidelijk plan, zodat mensen weten waar ze het voor doen.
En voor wie: dat moet er wel bij.
Bijvoorbeeld handmatige kap in dát hele speciale bosje.
Vermoedelijk is crowdfunding vooral geschikt voor één specifiek bos waar een bepaalde groep mensen warm voor loopt.
Een deeloplossing dus, maar beslist bruikbaar.

Eigen beheer

Ook genoemd, door buren: dorpsbos(sen) opkopen, en vervolgens zelf beheren.
Maar hier zitten wel wat haken en ogen aan.
De nieuwe eigenaar - een coöperatie? - zou eigenlijk geld toe moeten krijgen om het bos daadwerkelijk te kunnen beheren.
Een variant hierop is een samenwerkingsverband, waarbij Staatsbosbeheer nog wel eigenaar blijft, maar in samenwerking met andere partijen het beheer regelt.
Dit is al eerder vertoond.
Bijvoorbeeld in Bedum, "het oudste dorpsbos van Noord Groningen". 
Onderstaande tekst is te lezen op een bord naast de parkeerplaats:


Onderdeel van zo'n constructie is een visie op meerjarig onderhoud.
Met andere woorden: beheer. 

Leven en laten leven

Geen hals-over-kop onderhoud - brandjes blussen - maar periodiek verdunnen als onderdeel van meer planmatig beheer.
Dat houdt onder meer in: onderbegroeiing in kaart brengen, vaststellen welke begroeiing wenselijk en minder wenselijk is, en zieke bomen detecteren.
Te vergelijken het het van oudsher gangbare 'verdunnen' - waarbij gezonde, maar te dicht bij elkaar staande bomen worden verwijderd.
Maar dan gewoon zoals het vroeger ging, met de kettingzaag. 
Waar nodig worden de zieke essen, die op korte termijn gevaar op kunnen leveren, er tussenuit gehaald.
Hierbij moet de toestand van het bos - en in dit geval vooral van de essen - wel elk jaar worden gecontroleerd door een expert.
Toegegeven: dit kost wel geld.
Waarmee de cirkel weer rond is.
Zodra het over geld - veel geld - gaat, zijn er nog enkele oplossingen mogelijk.

Begrotingsoverschotten aanspreken

Neem het volgende bericht in het Dagblad van het Noorden.


Koos Bijlsma, in "Dagblad van het Noorden", 14 augustus 2017.

Dit geeft te denken.
'Potverteren' wekt de suggestie van het verbrassen van geld dat voor serieuze zaken bedoeld was.
Maar laat een dorpsbos nu net zo'n bijzonder serieuze, en uiterst nuttige bestemming zijn!
Een dorpsbos geeft immers beschutting, verhoogt de leefbaarheid, het dorpsaanzicht, de sociale cohesie, de recreatiewaarde, de kansen voor het toerisme, de biodiversiteit en de WOZ-waarde.
Wat wil een gemeente eigenlijk nog meer?


Koos Bijlsma, in "Dagblad van het Noorden", 14 augustus 2017.

Kortom: straks gaat het geld op de grote hoop.
Dan kunnen we er beter nu onze bossen mee redden!

Last but not least: de NAM

Eerder schreef ik al dat de essentaksterfte niet de eerste ramp is die Groningen treft.
Helaas zijn al die essen vooral in het noorden van Nederland aangeplant. 
Voorlopig maakt de NAM echter vooral goede sier met het financieren van de speelplaatsen in de verschillende dorpen.
Bij wijze van compensaties voor het door de gaswinning aangedane leed.
Overal verrijzen op dit moment dan ook de prachtigste speelplaatsen.
Hoewel de NAM niet op alle borden wordt vermeld - naast bijvoorbeeld Jantje Beton, de RABO-bank - kun je er vrijwel zeker van zijn dat de NAM niet ver weg is, zodra er ergens een nieuwe en opvallend mooie kinderspeelplaats verrijst. 
Wie houdt er nu niet van kinderen?
Ik zou daar aan toe willen voegen: wie houdt er nu niet van bomen?
Onze kinderen spelen bovendien ook en vooral in de dorpsbossen.
Al mag dat niet altijd van Staatsbosbeheer.

Kortom:


Eind goed, al goed?

In verband met mijn eerdergenoemde "ideaal" - verdunnen in plaats van 'verjongen' - beperk ik me nu vooral tot behoud.
Dit met het oog op de huidige generatie(s), en ook een beetje voor de spechten en de vleermuizen.
Zodra de ramp eenmaal is geschied, zijn er natuurlijk andere oplossingen mogelijk voor de toekomst, zoals herbeplanting.
Waarover later meer.

Alle suggesties voor mogelijke oplossingen zijn overigens welkom!
E-mail: marnebosjes@gmail.com