Posts tonen met het label drogredenen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label drogredenen. Alle posts tonen

zondag 27 december 2020

Onbegrijpelijke kap oude populier Gordelweg/Bergweg te Rotterdam Noord

Wat had deze boom (zie onderstaande afbeeldingen) misdaan? Ik kan alleen bedenken dat ie een dagje ouder was, en om die reden groot. Héél groot. De boom die hier stond was de dikste boom in de omgeving!

 

23 december 2020, Gordelweg/Bergweg, R'dam.
Foto: Blogwachter


Terwijl ik (op 22 december 2020) de sloop en ontmanteling aan het fotograferen ben komt één van de 'houthakkers' (met oranje hes: hoe noem je zulke mensen tegenwoordig?) naar me toe. 


22 december 2020, Gordelweg/Bergweg, R'dam.
Foto: Blogwachter

‘Gaat ie helemaal om?’, vraag ik.
‘Ja’.
‘Waarom?’
‘Oh, omdat ie rot is, denk ik’, en hij haalt zijn schouders op.


22 december 2020. Gordelweg/Bergweg R'dam. 
Foto: Blogwachter


Ik kijk nog eens goed, maar zie nergens rotte plekken. De vele majestueuze zijtakken – de meeste dikker dan de gemiddelde Rotterdamse boom – zitten overduidelijk stevig vast. Dit ouwetje had nog jaren mee gekund, en dat zeg ik ook.

‘Het is voor uw eigen veiligheid’, aldus de man.
Zijn collega, nieuwsgierig geworden, komt er ook bij staan.

‘Veiligheid?!', bries ik, 'Dat argument gebruikt Staatsbosbeheer ook altijd! En dan maaien ze de oudste, en dus nog vitale essen plat en laten de jongere, soms morsdode essen, die elk moment om kunnen vallen, doodleuk vlak langs de paden staan... Veiligheid! Laat me niet lachen... Bomen krijgen in Nederland niet meer de kans om oud te worden! Verdwijnen in een biomassa-centrale of...’

‘Wát een onzin’, zegt de collega, bijna overdréven vriendelijk glimlachend. Een beetje alsof hij het heeft tegen iemand die ze niet meer helemaal op een rijtje heeft...

‘Ja, ik wéét wat u denkt', bries ik, 'daar héb je weer zo’n BomenGekkie. Maar u moet weten dat zóveel mensen het zinloze gesloop inmiddels zat zijn! Zo’n boom als deze kan nog zeker tientallen jaren langzaam sterven. Ja, zelfs áls ie vanaf nu inderdáád begint af te takelen, zoals u beweert. Juist in die laatste fase is zo’n dikke, holle boom een tehuis voor veel soorten dieren! Hoe holler hoe beter! En dan de zuurstof, de schaduw, de koelte, de CO2-opslag... Zo vlak bij de snelweg houdt ie bovendien meer fijnstof tegen dan honderd geluidswallen bij elkaar...’.
‘Totále onzin’, aldus de collega, nog altijd allervriendelijkst glimlachend.

Uit angst dat ik zal gaan gillen maak ik me maar snel uit de voeten. De volgende dag bezoek ik de plaats delict opnieuw, met de bedoeling om uit de overblijfselen van de boom af te leiden of de inmiddels netjes afgevoerde boom (waarheen?) daadwerkelijk aan het rotten was, of tenminste hol.


23 december 2020. Gordelweg/Bergweg R'dam.
Foto: Blogwachter

Enfin: ook aan de voet van de stam zie ik geen spoor van rot. Noch van holtes, hoe minimaal ook. Maar wel van Grootsheid: zulke doorsnedes zie je niet vaak in Nederland!


22 december 2020. Gordelweg/Bergweg R'dam.
Foto: Blogwachter

Hoe kan ik met een foto aantonen wat de afmetingen van deze boom zijn geweest? Ik heb geen meetlint bij me, of zelfs maar een krant.... Maar wel mijn fiets! Niet bepaald een kinderfietsje: een uit de kluiten gewassen herenfiets (voor een damesgekkie).


23 december 2020. Gordelweg/Bergweg R'dam.
Foto Blogwachter

Voor 2021 wens ik alle bomen – al dan niet in de categorie ‘dor hout’ (Marianne Zwagerman) – een wonderschone, natuurlijke, respectabele, zich langzaam voltrekkende, gulle (want bovenal leven-brengende!) oude dag. En deze onfortuinlijke populier een plaats in de Bomen-Hemel.

Zie ook: Meldpunt bomenkap


maandag 10 september 2018

Bezorgde burger en boswachter: een gesprek

Hoe verloopt het gemiddelde gesprek tussen een boswachter van Staatsbosbeheer(SBB) en een 'bezorgde burger' die graag concreet antwoord wil hebben op gestelde vragen? 
Om te beginnen: antwoorden kríjg je, want de gemiddelde boswachter van SBB is beleefd en geduldig.
Maar wát voor vraag je ook stelt: er lijken steeds opnieuw enkele goed voorbereide standaardriedels te worden afgedraaid.
Terwijl veel Groninger kleibossen systematisch worden kaalgeslagen - dat wil zeggen: inclusief de gezonde (niet)essen - herhaalt de gemiddelde boswachter SBB in verschillende toonaarden en bewoordingen dát de essen ziek zijn, dát de harvesters zorgvuldig werken, dát het weliswaar 'een béétje pijn gaat doen', maar vooral: dát het wel weer aangroeit.
Kortom: dat ze overal een goede reden voor hebben en dat het erger líjkt dan het in werkelijkheid ís. 

Wel eens een Jehova's-getuige aan de deur gehad, en 'voor de grap' binnen uitgenodigd om eens 'in alle redelijkheid' mee te discussiëren?
Dát gevoel, kortom...

De hieronder gegeven antwoorden van één op het Hogeland actieve 'boswachter publiek' zijn in grote lijnen representatief voor de reacties van de meeste op het Groninger Hogeland actieve boswachters.
Ik heb de antwoorden dus niet verzonnen.
Het gaat om twee reacties op eerder geventileerde ongerustheid, uiteenlopende kritische vragen, en diverse blogs.
Maar de hieronder door een fictieve 'bezorgde burger' gestelde vragen zijn wel verzonnen.
Met deze kunstgreep hoop ik een beeld te kunnen schetsen van een karakteristiek gesprek tussen een willekeurige (kritische) burger en een boswachter van Staatsbosbeheer.
De oorspronkelijke teksten van deze boswachter waaruit ik de verschillende antwoorden heb 'geleend' staan in de oorspronkelijke samenstelling en volgorde onder/na/achter het hier volgende gesprek. 

Karakteristiek gesprek tussen burger en boswachter

Bezorgde burger(Bb): Pas geleden was ik in een bosje te Vierhuizen met uitsluitend eiken. Op een informatiebord stond dat het ging om de essentaksterfte. Toch waren veel eiken oranje gemarkeerd, hele groepen zelfs. 
Boswachter (Bw): Het vellen gebeurt met grote machines, zgn ‘harvesters’. Ondanks het feit dat deze machines relatief nauwkeurig kunnen werken, zal het soms nodig zijn een boom, niet zijnde es, om te zagen als die in de weg staat van de machine. Dat wordt wel zoveel mogelijk beperkt.
Bb: Zoals ik al zei: het gaat op dit perceel om eiken. In dit stuk bos is geen es te bekennen, laat staan een zieke. Ook te Bedum en Uithuizen valt op dat er na de kap veel eiken opgestapeld lagen. Wel is op het informatiebordje te Vierhuizen te lezen dat de houtopbrengst wordt gebruikt om de kosten van de hele operatie zoveel mogelijk te dekken... Geldt dit soms ook voor al die kerngezonde eiken? Dat kan toch niet waar zijn?!
Bw: Dat is het ook niet. De essenziekte hebben wij ook niet om gevraagd maar het is wel een feit. Voor de vele dorpsbosjes op het Hogeland van Groningen zijn indertijd bij de aanleg, nu zo'n 25 à 30 jaar geleden, vooral essen gebruikt omdat die het goed doen op klei. Het doel was toen productiebos met recreatief nevengebruik. Om die reden zijn er in die bosjes veel wandelpaden, soms later nog uitgebreid door initiatieven uit de dorpen.
Bb: Excuus dat ik u in de rede val. U geeft geen antwoord op mijn vraag. Ik vroeg of de houtopbrengst van de eikenkap óók wordt gebruikt om de kosten van de operatie essentaksterfte te dekken...
Bw: Staatsbosbeheer haalt de zieke essen niet weg om er aan te verdienen: de hele operatie kost uiteindelijk geld. De situatie is eenvoudig de volgende: we weten dat er aangetaste essen omvallen in bossen waar kinderen spelen en waar we mensen uitnodigen te gaan wandelen omdat er vaak veel paden zijn. Dan is de keuze duidelijk, toch? Het is geen leuke boodschap en de bossen gaan er inderdaad rigoureus anders uitzien (‘ravage’ is een goede beschrijving van wat de machines achterlaten) maar essentaksterfte is wel de realiteit.
Bb: Ik ontken niet dat veel essen ziek zijn. Maar het valt mij op dat Staatsbosbeheer weinig haast maakt met de percelen waar de meeste essen zwaar zijn aangetast, of zelfs morsdood. In dat geval gaat het meestal om relatief jonge essen. Zoals bijvoorbeeld in de bosjes bij Kattenburg. Terwijl jullie juist vliegende haast lijken te hebben om bospercelen waar verreweg de meeste essen er nog relatief gezond uit zien, zoals het dorpsbos te Kruisweg, alvast te kappen. Dan gaat het vaak om oudere essen, die nog wat opbrengen omdat ze nog niet of nauwelijks zijn aangetast. Dát is de realiteit. Zoals ik al zei: vaak worden op zulke percelen zelfs veel kerngezonde niet-essen gekapt. Die keuze lijkt mij dus eigenlijk helemaal niet zo duidelijk...
Bw: Nu hebben we te maken met erg progressieve essentaksterfte. Essen vallen, zeker als ze daarnaast ook besmet zijn met honingzwam, als gevolg hiervan gemakkelijk om. Dit is dus de situatie: wij nodigen mensen uit om in de bossen te komen wandelen, spelen enzovoort en we weten dat onvoorspelbaar bomen omvallen. En dat dat er steeds meer zullen worden. Staatsbosbeheer kiest ervoor om niet af te wachten tot er ongelukken gebeuren maar neemt de verantwoordelijkheid: alle aangetaste essen (en dat zijn bijna alle essen) die op 'boomlengte' afstand van wegen, paden, erven van buren enzovoort staan we worden gekapt. In het geval van veel dorpsbosjes; klein maar met veel paden, komt het er op neer dat veel bomen gekapt worden.

Bb: Afgelopen zomer was het op enig moment windkracht 8. Wat je dan ziet te Kruisweg is dat er hooguit een paar jonge en werkelijk morsdode boompjes omwaaien. Maar alles waar nog een beetje blad aan zit blijft staan. Afgezien daarvan: bij de Kattenburg-bosjes staan tientallen morsdode essen op minder dan een boomlengte afstand van een veelgebruikt fietspad en die zijn nog niet eens gemarkeerd. De door Staatsbosbeheer gemaakte keuzes lijken dus niet in de eerste plaats ingegeven door veiligheid...
Bw: Het probleem voor de essenbosjes in Groningen is dat het vaak klonen zijn van dezelfde boom. Dat wil zeggen dat ze dan genetisch identiek zijn en dus in gelijke mate vatbaar voor essentaksterfte. Hoewel we vitaal ogende bomen die geen risico opleveren (ook niet op termijn) laten staan, hebben we ervaren dat zo’n boom er korte tijd later erg slecht aan toe kan zijn.

Bb: Dat laatste is dus niet waar, want óveral op het Hogeland werden het afgelopen jaar grote aantallen vitaal ogende essen gekapt. Juist de gezondste essen werden gekapt! Te Kruisweg zien verreweg de meeste essen er nog relatief gezond of zelfs kerngezond uit, zoals ik al zei. Zeker in vergelijking met andere bossen die nog niet op de nominatie staan om gekapt te worden. Te Wehe den Hoorn zijn vorig jaar zomer nota bene honderden essen met een blauwe stip gekapt. Hoe verklaart u dát dan?
Bw: Op veel bomen daar zijn stippen geverfd in verschillende kleuren. De kleuren hebben elk een betekenis, over het algemeen worden blauw, rood en geel gebruikt. Blauw gemarkeerde bomen zijn zgn. ‘toekomstbomen’. Blauw betekent dus: “laten staan”. Oranje, rood of soms roze betekent: “deze boom weghalen”. Geel betekent dat er met die boom iets bijzonders aan de hand is, zoals bijvoorbeeld een (roof-) vogelnest of holtes voor vleermuizen. In Warffumerbos is echter eerder met geel geblest (ipv rood): dat levert wellicht onduidelijkheid op maar voor de machinist is het duidelijk.
Bb: Duidelijk. De kleurcodes zijn mij bekend. Al heb ik mijn twijfels over de zichtbaarheid van die blauwe stippen voor iemand die - bijvoorbeeld in de regen - hoog in zo'n comfortabele cabine zit. Al zou hij het willen, hij kán vaak niet eens uitstappen omdat de grond bezaaid ligt met wiebelende boomstammen... Te Kruisweg viel overigens al na een halve dag kappen op dat diverse 'Toekomstbomen' het niet gered hebben. Een stuk of drie zijn tot anderhalve meter boven de grond afgezaagd en veel meer andere gezonde bomen zijn zwaar beschadigd, om het over de onderbegroeiing van lijsterbessen en kleine eikjes, esdoorns en elzen niet te hebben. Maar u gaf wéér geen antwoord op mijn vraag. Waarom werden al die blauw gemarkeerde bomen te Wehe alsnog gekapt?! En die grote aantallen kerngezonde elzen in datzelfde bos?
Bw: Een 'harvester' is een grote machine die met veel geraas en geweld bomen velt. Wat hij achterlaat in de bosvakken ziet er heftig uit. Het lijkt een ravage, waarvan we begrijpen dat het weerstand oplevert. Maar bos ontwikkelt zich ook weer redelijk snel en er ontstaat nieuwe ondergroei en meer groeiruimte voor de bomen die er nog staan.

'Kap maar bomen genoeg'.
Cartoon verkregen via internet.

Bb: Bedankt voor alle begrip. Helaas kan ik niet zo goed geloven in herstel op korte termijn. Want de enige ondergroei die het nu op de kaalgeslagen percelen te Wehe den Hoorn goed lijkt te doen is de uitheemse Berenklauw. Het was toch veel beter geweest om de bestaande onderbegroeiing van elzen, eiken, esdoorns en lijsterbessen zoveel mogelijk te behouden? Verder liggen er vooral stapels onbruikbaar hout die niet worden opgeruimd. Dan nog wat uitgezaaide essen, terwijl juist de jongste essen het zéker niet zullen redden. Kortom: het LIJKT geen ravage, het ís een ravage. En laten we eerlijk wezen: dat zal voorlopig nog wel even zo blijven. Eigenlijk kun je wel zeggen dat deze bossen voor een complete generatie verloren zijn...
Bw: In nauw overleg met de inwoners van Vierhuizen is er een plan gemaakt voor de toekomst van het bos. Deels zal er worden her-geplant en deels zal er natuurlijke verjonging optreden.
'O, was het maar vast toekomst!'.
Sigmund. Verkregen via internet.

Bb: Gelukkig blijkt er voor dit bos een herplantplan te zijn gemaakt. Te Kruisweg overigens ook. Maar zonder de druk van bepaalde burgers zou dit niet gebeurd zijn, vrees ik. Want in verreweg de meeste bossen wordt alles op z'n beloop gelaten. Door de stapels hout en de diepe kuilen zijn veel bossen zo ongeveer onbegaanbaar geworden. Verder maak ik me zorgen over de aard van de herplant. Een 'veer' - de stok met twee takjes die steeds vaker voor herplant doorgaat - zal het niet redden in een droge zomer... Wie gaat de jonge aanplant eigenlijk water geven en beschermen tegen vraat, spelende kinderen, concurrerende brandnetels, berenklauw, enzovoort?
Bw: Dit ingrijpen als gevolg van de essentaksterfte is onvermijdelijk. Op langere termijn levert het gevarieerdere en robuustere bossen op dan de monoculture essenbossen die nu zo kwetsbaar blijken.

Vrij vertaald: 'Geheel in overeenstemming met het groene hart van onze organisatie zullen we méér bomen planten dan we strikt genomen hebben gekapt.'
Cartoon verkregen via internet.

Bb: Laten we het hopen... Maar met een werkelijk zorgvuldig beleid zou het herstel zoveel sneller kunnen verlopen. Bijvoorbeeld met gefaseerde en/of handmatige kap. Dan kunnen onderbegroeiing en gezonde bomen zoveel mogelijk behouden blijven...
Bw: Vitale bomen worden zoveel mogelijk gespaard. 
Bb: Dat is niet mijn indruk. Misschien heb ik een brilletje nodig, maar een cámera liegt toch niet? Ik heb geen tientallen maar eerder honderden foto's van gekapte essen én niet-essen die voor een leek kerngezond lijken... Vooral het grote aantal gekapte eiken valt op. Je kunt je bijna niet aan de indruk onttrekken dat deze eiken óók worden gekapt om 'de kosten van de hele operatie zoveel mogelijk te dekken'...
Bw: Deze hele operatie kost erg veel geld. Het gezaagde hout wordt verkocht, dat is een feit en ook daar doen we niet geheimzinnig over. Maar deze opbrengsten kunnen de uiteindelijke kosten bij lange na niet dekken. 
Bb: Dus dit betekent dat er inderdaad zoveel eiken, elzen, esdoorns en andere kerngezonde loofbomen op leeftijd worden gekapt vanwege de houtopbrengst? Ik vind het nogal wat. De essentaksterfte is op zichzelf al een ecologische ramp. Je zou zeggen dat elke gezonde, volwassen boom in zo'n kaalgeslagen gebied gekoesterd zou moeten worden. Al is het maar voor alle vogels, vleermuizen, reeën en andere dieren die van het bos afhankelijk zijn. Bijvoorbeeld te Vierhuizen. Het lijkt mij persoonlijk nogal riskant om met een harvester zo'n mooi eikenbosje in te rijden. Verder zijn er zo opvallend véél eiken gemarkeerd in een deel van dit eikenbos. Dit is geen dunnen meer, maar verjongen als je het mij vraagt...
Bw: De eiken, waar het hier om gaat zijn inderdaad geen essen en ook niet ziek. Het aanleggen van een dunningspad voor toekomstig bosbeheer stond gepland voor over een jaar of twee maar is naar voren gehaald, nu de machines er toch zijn. Meer steekt daar niet achter. Ook in de andere aangehaalde voorbeelden zijn geen bomen gekapt omdat ze meer geld opleveren maar omdat ze in een dunningspad stonden, die worden aangelegd zodat toekomstig bosbouwwerk veel minder impact heeft in deze bossen.
Bb: Hmm. De gemarkeerde bomen leken geen bepaalde route te vormen... En als die harvester tóch terug moet komen om t.z.t. over dat nu aangelegde pad te rijden, kun je dat pad toch net zo goed op dát moment aanleggen? Maar goed: als leek sta je eigenlijk al snel met je mond vol tanden, in gesprek met een boswachter zoals u. Eerlijk gezegd heb ik soms het gevoel dat Staatsbosbeheer een beetje misbruik maakt van de status van 'deskundige'. Op die manier heeft Staatsbosbeheer altijd het laatste woord zodra je serieuze twijfels uit over het door Staatsbosbeheer gekozen beleid... Dan ben je iemand die 'overal beren ziet op de weg'. Maar u kunt toch niet ontkennen dat de provincie een goede reden moet hebben gehad om de kap te Kruisweg, Warffum en Vierhuizen tenminste tijdelijk stil te leggen? Dat doen ze toch niet zómaar?! 
Bw: Omdat we beseffen dat deze operatie een enorme impact heeft op de leefomgeving van omwonenden, hebben we e.e.a. open, eerlijk en transparant gecommuniceerd  naar de omgeving. Ook met de bomenridders en de schrijfster van dit artikel zijn we in gesprek en ze weten van het hoe en waarom. Zij kiezen er voor, ongetwijfeld met de beste bedoelingen, om dit verhaal niet te geloven maar er van uit te gaan dat Staatsbosbeheer de essentaksterfte aangrijpt om flink geld te verdienen, zo ook in Vierhuizen.
Bb: Kiezen?! Dit vind ik een wat vreemde woordkeus... Door het zó te formuleren word ik eigenlijk op een nette manier weggezet als een soort complotdenker... 'Beste bedoelingen' klínkt natuurlijk wel heel beleefd. Maar als ik Staatsbosbeheer 'met de beste bedoelingen' willens en wetens blijf lastig vallen zonder goede reden, dan suggereert dit onwillekeurig dat ik niet goed bij mijn hoofd ben. Of dat ik gewoon van 'zeiken om het zeiken' houd, zoals dat heet. Daar komt bij dat ik nergens(!) beweerd heb dat Staatsbosbeheer 'flink geld verdient' aan de essentaksterfte. Lees al mijn gepubliceerde blogs er maar op na. Was het maar waar, zou ik bijna zeggen! Want dan zou er tenminste budget zijn voor handmatige en/of gefaseerde kap, en voor fatsoenlijke herplant op korte termijn. Ik wéét dat Staatsbosbeheer door recente bezuinigingen op natuurbeleid krap bij kas zit. Dáár heb ik alle begrip voor. Maar voorlopig begrijp ik toch niet helemaal waarom Staatsbosbeheer bepaalde keuzes maakt. In het Warffumerbos wordt bijvoorbeeld gekapt, terwijl er in het dichter bij het dorp gelegen dorpsbos te Warffum - waar veel kinderen lijken te spelen - duidelijk veel meer dode bomen staan dan in het verderop gelegen Warffumerbos... Maar ja dat zijn wel dunne én morsdode bommen die duidelijk niets meer opbrengen na de kap terwijl er in het Warffumerbos wel iets te oogsten valt... Veel essen daar blijken ongeveer vijftig jaar oud te zijn!
Bw: In Warffum is nog een extra reden om bomen te zagen: op verzoek van Pro rail worden risicobomen in een strook van 20 m vanaf het spoor weggehaald, ook als het niet om essen gaat. 
Vrij vertaald: 'Het 9/11 excuus: we gooien onze staatsbossen plat om te zorgen dat terroristen zich daar niet meer kunnen verstoppen...'
Cartoon verkregen via internet.

Bb: Ja, zo is er altíjd wel een smoes! Als Staatsbosbeheer even geen goede reden kan verzinnen krijgt een derde partij de schuld. Dit is voor mij zo moeilijk te controleren. Nog even, en ik heb er een dagtaak aan. Staatsbosbeheer kan wel van alles beweren! Waar het op neer komt, linksom of rechtsom, is dát onvoorstelbaar veel bomen plat gaan. En helaas niet uitsluitend de zieke essen! Alsof de veiligheid van de burgers niet op een meer verantwoorde manier kan worden gegarandeerd. Dat wil zeggen: zonder meteen het grootste deel van de Groninger kleibossen te, tja, slópen... 
Bw: In het Warffumerbos zijn al veel aangetaste essen geheel of gedeeltelijk omgevallen. Het gaat dus ook hier om essen.
Bb: Wéér die veiligheid... In het Warffumerbos zijn evenals elders vooral veel niet-essen gemarkeerd. Zoals bezorgde burger Marius Verhaar eveneens opmerkt. Toch wordt die veiligheid telkens weer als excuus gebruikt, óók als het gaat om kerngezonde bomen die in normale omstandigheden helemaal geen gevaar opleveren... In de wetenschap noem je zoiets een 'vals dilemma': doen alsof er maar twee mogelijke oplossingen zijn. In dit geval: onveilige situaties accepteren - met alle mogelijke gevolgen van dien - óf totale kaalslag. Naar mijn idee klopt dit niet, want er zijn meer manieren om met de essentaksterfte om te gaan zonder onveilige situaties! Maar als ik vragen blíjf stellen - gewoonlijk omdat ik geen bevredigende antwoorden krijg - word ik weggezet als een complotdenker die overal iets achter zoekt... Zou het bijvoorbeeld geen goed idee zijn om de bossen van tijd tot tijd te onderhouden, en de dode takken boven wandelpaden gewoon te snoeien? 

Enzovoort, en zo verder...


Toelichting en verantwoording

Verzonnen?
Overdreven?
Vergezocht?

Nogmaals: alle antwoorden komen uit een - met toestemming van de betreffende boswachter - doorgestuurde e-mail en uit een eerder gepubliceerde reactie van dezelfde 'boswachter publiek' op een boswachtersblog. 
De betreffende e-mail en blog-reactie zijn hieronder ter inzage afgebeeld.
Het ging in dit geval om twee aaneengesloten reacties van deze boswachter: niet uitsluitend op mijn eigen vragen, maar bijvoorbeeld ook op de vragen en opmerkingen van bezorgde burgers uit Warffum

Wel is het gesprek als geheel fictief.
De antwoorden zijn dus niet letterlijk een reactie op de hierboven gestelde vragen.
Maar alle vragen die de fictieve 'burger' in bovenstaand fictief gesprek stelt heb ik zelf op enig moment - in deze of vergelijkbare bewoordingen - aan medewerkers van Staatsbosbeheer gesteld.
Verder komen al deze vragen en opmerkingen aan de orde in de door mij eerder op deze blog gepubliceerde teksten, of in vragen en reacties van andere bezorgde burgers.
De antwoorden op kritische vragen zijn eigenlijk steeds zo'n beetje hetzelfde.
Kortom: de boswachters lijken er 'voor te kiezen' - om hun eigen woorden maar eens te gebruiken - om te volharden in ontwijkende antwoorden, drogredenen of beleefd geformuleerde, maar desondanks nogal suggestieve beschuldigingen naar kritische burgers.

Alle passages uit de door de boswachter geschreven teksten zijn slechts één keer gebruikt en integraal overgenomen (met uitzondering van de doorgestreepte zinnen).


Vrij vertaald: 'het goeie nieuws van de kaalslag: al mijn allergieën zijn verdwenen!'
Cartoon verkregen via internet


Uit een e-mail van een boswachter publiek:

Hierbij een zo helder mogelijk antwoord. Je schrijft: "eiken kappen om kosten #essentaksterfte te dekken?? Kan niet waar zijn." Dat is het ook niet. De essenziekte  hebben wij ook niet om gevraagd maar het is wel een feit. Voor de vele dorpsbosjes op het Hogeland van Groningen zijn indertijd bij de aanleg, nu zo'n 25 à 30 jaar geleden, vooral essen gebruikt omdat die het goed doen op klei. Het doel was toen productiebos met recreatief nevengebruik. Om die reden zijn er in die bosjes veel wandelpaden, soms  later nog uitgebreid door initiatieven uit de dorpen. Nu hebben we te maken met erg progressieve essentaksterfte. Essen vallen, zeker als ze daarnaast ook besmet zijn met honingzwam, als gevolg hiervan gemakkelijk om. Dit is dus de situatie: wij nodigen mensen uit om in de bossen te komen wandelen, spelen enzovoort en we weten dat onvoorspelbaar bomen omvallen. En dat dat er steeds meer zullen worden. Staatsbosbeheer kiest ervoor om niet af te wachten tot er ongelukken gebeuren maar neemt de  verantwoordelijkheid: alle aangetaste essen (en dat zijn bijna alle  essen) die op 'boomlengte' afstand van wegen, paden, erven van buren  enzovoort staan we worden gekapt. In het geval van veel dorpsbosjes; klein maar met veel paden, komt het er op neer dat veel bomen gekapt worden. Vitale bomen worden zoveel mogelijk gespaard. Deze hele operatie  kost erg veel geld. Het gezaagde hout wordt verkocht, dat is een feit en ook daar doen we niet geheimzinnig over. Maar deze opbrengsten kunnen de uiteindelijke kosten bij lange na niet dekken. Omdat we beseffen dat deze operatie een enorme impact heeft op de leefomgeving van omwonenden, hebben we e.e.a. open, eerlijk en transparant gecommuniceerd  naar de omgeving. Ook met de bomenridders en de schrijfster van dit artikel zijn we in gesprek en ze weten van het hoe en waarom. Zij kiezen er voor, ongetwijfeld met de beste bedoelingen, om dit verhaal niet te geloven maar er van uit te gaan dat Staatsbosbeheer de essentaksterfte aangrijpt om flink geld te verdienen, zo ook in Vierhuizen. De eiken,  waar het hier om gaat zijn inderdaad geen essen en ook niet ziek. Het aanleggen van een dunningspad voor toekomstig bosbeheer stond gepland voor over een jaar of twee maar is naar voren gehaald, nu de machines er toch zijn. Meer steekt daar niet achter. Ook in de andere aangehaalde voorbeelden zijn geen bomen gekapt omdat ze meer geld opleveren maar omdat ze in een dunningspad stonden, die worden aangelegd zodat toekomstig bosbouwwerk veel minder impact heeft in deze bossen. Een 'harvester' is een grote machine die met veel geraas en geweld bomen velt. Wat hij achterlaat in de bosvakken ziet er heftig uit. Het lijkt een ravage, waarvan we begrijpen dat het weerstand oplevert. Maar bos  ontwikkelt zich ook weer redelijk snel en er ontstaat nieuwe ondergroei en meer groeiruimte voor de bomen die er nog staan. In nauw overleg met de inwoners van Vierhuizen is er een plan gemaakt voor de toekomst van het bos. Deels zal er worden her-geplant en deels zal er natuurlijke  verjonging optreden. Dit ingrijpen als gevolg van de essentaksterfte is onvermijdelijk. Op langere termijn levert het gevarieerdere en  robuustere bossen op dan de monoculture essenbossen die nu zo kwetsbaar blijken. 


Uit een reactie op een boswachtersblog:


In reactie op de vragen van Bert Jan Wolfs en Marius Verhaar: Het probleem voor de essenbosjes in Groningen is dat het vaak klonen zijn van dezelfde boom. Dat wil zeggen dat ze dan genetisch identiek zijn en dus in gelijke mate vatbaar voor essentaksterfte. Hoewel we vitaal ogende bomen die geen risico opleveren (ook niet op termijn) laten staan, hebben we ervaren dat zo’n boom er korte tijd later erg slecht aan toe kan zijn. Staatsbosbeheer haalt de zieke essen niet weg om er aan te verdienen: de hele operatie kost uiteindelijk geld. De situatie is eenvoudig de volgende: we weten dat er aangetaste essen omvallen in bossen waar kinderen spelen en waar we mensen uitnodigen te gaan wandelen omdat er vaak veel paden zijn. Dan is de keuze duidelijk, toch? Het is geen leuke boodschap en de bossen gaan er inderdaad rigoureus anders uitzien (‘ravage’ is een goede beschrijving van wat de machines achterlaten) maar essentaksterfte is wel de realiteit.
Dan het Warffumerbos: Op veel bomen daar zijn stippen geverfd in verschillende kleuren. De kleuren hebben elk een betekenis, over het algemeen worden blauw, rood en geel gebruikt. Blauw gemarkeerde bomen zijn zgn. ‘toekomstbomen’. Blauw betekent dus: “laten staan”. Oranje, rood of soms roze betekent: “deze boom weghalen”. Geel betekent dat er met die boom iets bijzonders aan de hand is, zoals bijvoorbeeld een (roof-) vogelnest of holtes voor vleermuizen. In Warffumerbos is echter eerder met geel geblest (ipv rood): dat levert wellicht onduidelijkheid op maar voor de machinist is het duidelijk.
In het Warffumerbos zijn al veel aangetaste essen geheel of gedeeltelijk omgevallen. Het gaat dus ook hier om essen. Het vellen gebeurt met grote machines, zgn ‘harvesters’. Ondanks het feit dat deze machines relatief nauwkeurig kunnen werken, zal het soms nodig zijn een boom, niet zijnde es, om te zagen als die in de weg staat van de machine. Dat wordt wel zoveel mogelijk beperkt. In Warffum is nog een extra reden om bomen te zagen: op verzoek van Pro rail worden risicobomen in een strook van 20 m vanaf het spoor weggehaald, ook als het niet om essen gaat. 

vrijdag 16 maart 2018

De wegwerpboom: over de 'waarde' van een populier

In het kleine dorpsbos te Kruisweg - helaas een betrekkelijke monocultuur van 'gekloonde' essen - staan gelukkig óók elf kerngezonde (op wat kale takken aan de stam na) en zo'n dertig á veertig jaar oude populieren.
Netjes op een rij, in een ongeveer vijfendertig meter brede beboste strook die twee grotere bospercelen met elkaar verbindt. 
Ingeklemd tussen twee grote privé-tuinen en een akker. 

Cartoon verkregen via internet

Fantastisch, die oude en bovendien kerngezonde bomen!
Zou je zeggen, als leek.
Zo blijft er toch nog iets van enige omvang bewaard, voor het beeld, het landschap en vooral: voor de in het bos levende vogels en vleermuizen. 
Wel staat één van de populieren in de geplande 'doorgangszone' van de harvester en is dan ook geblest (oranje stip).
De meest noordelijke populier heeft gelukkig netjes een blauwe stip ('toekomstboom').
De overige negen populieren zijn helemaal niet gemarkeerd. 
Wat de ingewijde, helaas, te denken geeft.
Tijdens eerdere excursies werd echter door boswachters nadrukkelijk aangegeven dat de negen 'ongebleste' populieren gespaard zouden blijven.
Maar bij een vergadering te Kruisweg, eind februari - aanwezig: vier boswachters van Staatsbosbeheer - bleek tot mijn verbazing dat alle populieren tóch gekapt zullen worden.
Aangegeven reden: na een jaar of dertig hebben populieren hun beste tijd wel gehad. 

Blogwachter zocht het uit.
Bij de Bomenstichting vond ik onder meer volgende informatie:

Hoewel populieren vaak al vroeg gekapt worden, kunnen ze behoorlijk oud worden. Uitbreken van takken is vaak een reden om de bomen te verwijderen. Dat is echter een natuurlijk proces bij populieren. Ze herstellen hiervan goed en maken veel nieuwe takken. [...]  Populieren zijn geschikt voor aanplant in open landschappen en op jonge bodems, langs rivieren en kanalen, in bossen en bedrijfsterreinen. Ze zijn wind- en soms zeewindbestendig.  [...] Levensverwachting: 80-150 jaar.
Kortom: de populier is een ideale boom voor een Groninger kleibos. 
Goed bestand tegen storm, in staat om een eerbiedwaardige leeftijd te bereiken, enzovoort.
En de populieren stáán er al, wat ook een groot voordeel is.
Herplant kost immers geld, en zo'n jong boompje doet er tientallen jaren over om weer enige omvang te bereiken.
Anders gezegd: in drie minuten heb je 'm om - het slopen gaat snel en 'efficiënt' - maar herstel heeft TIJD nodig.
En is dus minder eenvoudig:


Afbeelding verkregen via internet

Moeten uitgerekend 'leken' dit aan boswachters blijven uitleggen?
Als ik bij Staatsbosbeheer navraag doe over die populieren, krijg ik per e-mail de volgende reactie van een boswachter: 
De populieren zullen de storm kunnen overleven. Kwalitatief gezien (productief) hebben ze geen toegevoegde waarde. Als we opnieuw kunnen beginnen is dat beter, ervaringen van collega’s uit de polder is gewoon na 25- 30 jaar deel van de populier te vellen. We kunnen altijd deel populier terug planten. Ik zelf wil er graag naar toe om de helft van de populieren te sparen, dit moeten we bekijken op het moment dat de werkzaamheden bezig zijn, dan kunnen we altijd kijken hoe lijkt het landschappelijk en wat gaan we met de populieren doen. Misschien is de helft kappen de beste optie.
Met andere woorden: onzekerheid tot de laatste dag.
Onze populieren zijn 'loslopend wild' totdat de laatste harvester ons bos verlaten heeft.
Omdat we niets met zekerheid weten, heeft actie voeren echter geen zin.
Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat deze tactiek vaker wordt toegepast, en niet uitsluitend door Staatsbosbeheer (ook gemeenten hebben er een handje van).
De vage toezegging dat de helft mogelijk behouden kan blijven, maakt mijn ongerustheid niet echt minder.
De bomen staan acht á tien meter uit elkaar en lijken voorlopig meer dan genoeg ruimte te hebben.
Waarom zou de helft van de bomen er eigenlijk tussenuit gehaald moeten worden?
En welke garantie hebben we dát er nog een paar bomen zullen blijven staan?

Dan het zinnetje: 'Kwalitatief gezien (productief) hebben ze geen toegevoegde waarde'.
Dit is een wat cryptische, maar bijzonder veelzeggende passage.
Kan hieruit worden afgeleid dat ons bos tóch gewoon vooral (in de eerste plaats) een productiebos is?
Ondanks alle mooie woorden en goed geoliede PR van Staatsbosbeheer?
Met bovenstaand zinnetje lijkt bedoeld te worden dat een populier na pakweg dertig jaar de maximale 'waarde' heeft bereikt.
Dat kan wel kloppen, mits je zaken uitsluitend in economische termen bekijkt.
In dat geval is het net als met mensen eigenlijk.

Stel je hebt een jong iemand met, in aanleg, de nodige kwaliteiten.
Als overheid investeer je in een opleiding.
Na die opleiding doet deze jongeling enige jaren werkervaring op.
Om vervolgens de leeftijd van, laten we zeggen, dertig jaar te bereiken. 
Zoals bekend hebben we hier de ideale werknemer te pakken: jong, maar wél met enige jaren relevante werkervaring.
Oftewel: de kip met de gouden eieren.
Toegegeven: veertig kan nog nét.
Ergens tussen de dertig en de veertig ben je, als het puur gaat over productiviteit - zonder morren heel veel uren maken - de perfecte werknemer. 
Maar vijfenveertig wordt al een probleem, laat staan vijftig.
Want ja: net iets vaker ziek, iets duurder, of de rek is er een klein beetje uit.
Of wat al die werkgevers - ik kan niet in hun hoofden kijken - ook maar kunnen verzinnen.
Dat oudere werknemers weer over ándere - en minstens even waardevolle - kwaliteiten (ervaring, wijsheid) beschikken schijnt er nauwelijks meer toe te doen.

Net als met populieren eigenlijk.
Evenals mensen kunnen populieren minstens tachtig jaar oud worden
Levensbomen. 
Maar - óók weer net als bij mensen - zijn ze, puur economisch gezien, tegen die tijd nogal eens 'overbodig' verklaard.
Wegwerpmensen en wegwerpbomen: zodra je niet meer optimaal(!) produceert kun je 'gaan'.

Mensen willen in zo'n geval nog wel eens protesteren.Maar gelukkig kunnen we populieren die minder 'productief' dreigen te worden zonder pardon kappen.
Het beste moment: als ze ergens tussen de dertig en de veertig jaar oud zijn. 
Want 'middelbare' populieren kunnen - o gruwel, behalve voor vele dier- en plantensoorten natuurlijk - 'hol' worden van binnen.
En aan een holle boom heb je niet zoveel.
Tenminste niet als je het hout als 'oogst' wilt kunnen benutten.

Andere partijen, zoals bijvoorbeeld Rijkswaterstaat, geven dit in tegenstelling tot Staatsbosbeheer letterlijk toe:
De huidige populieren naderen het einde van hun levensduur, waardoor ze steeds vatbaarder zijn voor schimmels en parasieten. De populieren leveren nu nog kwalitatief goed hout op, dat goed kan worden hergebruikt. Bijvoorbeeld in pallets, multiplex, houtsnippers, klompen en meubelen.
Met andere woorden: je kapt de boom zodra ie oud genoeg is om voldoende hout op te brengen, maar nog niet zo oud dat ie hol wordt...
Want we vergeten het nog wel eens, in alle discussies over de enorme kosten die de essentaksterfte met zich meebrengt voor Staatsbosbeheer: hout brengt geld op, véél geld.
Hoeveel precies wil helaas niemand zeggen, ook Rijkswaterstaat niet:
De opdracht is meervoudig onderhands in de markt gezet. Vijf partijen hebben een offerte ingeschreven voor het contract met een waarde van een paar ton euro's. De contractmanager wil de precieze waarde niet bekendmaken, maar wil wel kwijt dat de kap ruim voldoende opbrengt voor de aanschaf en herplant van nieuwe bomen.
Het noemen van specifieke bedragen zou de burgers maar nodeloos(?!) ongerust maken nietwaar?
Zal er nog wel een oude boom in het land blijven staan, als kappen zó lucratief is?

Kortom: de term 'kwalitatief' wordt door hele en halve overheidsinstanties, en dus ook in de e-mail van onze boswachter, uitsluitend economisch gebruikt.
De ecologie wordt totaal niet meegenomen.
Alsof zo'n eerbiedwaardige populier geen andere (ecologische? landschappelijke? natuurgerelateerde?) waarde of kwaliteiten heeft.


De levensboom. Cartoon verkregen via internet.

Aan het grote publiek vertellen de boswachters echter een geheel andere verhaal. 
Op blogs en tijdens informatiebijeenkomsten wordt vooral de landschappelijke en ecologische waarde van het bos benadrukt.
En/of de cruciale functie voor de leefbaarheid in de dorpen.
Waarom geeft Staatsbosbeheer eigenlijk niet gewoon toe dat al die kleibossen in de eerste plaats productiebossen zijn?
Mijn vermoeden: ze zijn - onwillekeurig, ondanks zichzelf - een beetje bang.
Voor de publieke opinie, of zelfs voor 'muiterij', zoals een boswachter het noemde.
Want betrokkenen steken steeds vaker de koppen bij elkaar:
Pluk en de dieren in het bos. Afbeelding verkregen via internet.

Dit lijkt de reden dat dorpjes waar 'groen-' en/of 'bosgroepen' ontstaan van de boswachters zo opvallend veel aandacht krijgen .
In het weekend, 's avonds: niets lijkt de boswachters van het Hogeland teveel.
Vaak nemen ze zelf groepsgewijs (vier man/vrouw) deel aan voorlichtingsbijeenkomsten en vergaderingen.
Gelukkig blijken hun overuren (desgevraagd) uitbetaald te worden, want ik begon me bijna een beetje zorgen te maken over hun privéleven. 

Op internet vind ik vergelijkbare verhalen over populieren in de stad: 

Het is tegenwoordig heel gewoon geworden dat als er takken van bomen af kunnen waaien dat dan maar de hele boom weg moet. De gemeente zegt dan dat er boktorren in zitten, of ze zeggen de boom is versleten omdat hij 35 jaar oud is. Een beetje gelijk hebben ze wel, als er inderdaad boktorren in het hout gangen vreten dan is zo'n boom erg gevaarlijk. Maar meestal is dat helemaal niet het geval!!! Regelmatig oude en dode takken uit bomen zagen kost veel geld. Omzagen is veel goedkoper! De gemeente houdt de burgers stil door te beweren dat er boktorren in zitten . De burger heeft daar toch geen verstand van!! Ik heb het meegemaakt dat hier 23 z.g.n. zieke bomen omgezaagd werden, ook populieren, toen ze op de grond lagen was er slechts een ziek de rest kon zeker nog wel 30 á 40 jaar mee! Als je wilt protesteren dan beginnen ze al met zagen als je nog op het gemeentehuis staat. De burger is vaak volkomen machteloos en monddood gemaakt. Een populier afzagen om te knotten lukt vaak niet, of de boom gaat dood of er waaien later nog meer takken uit.
Zo schrijft een bezorgde stedeling. 
Iemand anders voegt hieraan toe dat gemeenten 'sinds ze aansprakelijk voor de schade zijn', geen enkel risico willen lopen. 
Ook Staatsbosbeheer lijkt het woord 'veiligheid' voor in de mond te hebben. 
Zo dragen de problemen met 'aansprakelijkheid' er óók nog eens aan bij dat er straks geen volwassen boom meer overeind staat.
Niet in de stad, maar zelfs niet in het bos.

Linksom of rechtsom, of het nu gaat om aansprakelijkheid of om een optimale 'kwaliteit' van de oogst ('productie'): als bezorgde burgers moeten we steeds vroeger opstaan om de welbespraakte en zorgvuldig geïnstrueerde vertegenwoordigers van Staatsbosbeheer degelijk onderbouwd en overtuigend van repliek te dienen.
Want we laten ons toch niet werkelijk 'monddood' maken, nietwaar?!

Monddood: drogredenen (valse dilemma's, enzovoort) voor zoete koek slikken; zonder vraagtekens, zonder nader onderzoek.
Monddood: accepteren dat elke discussie uitsluitend in economische termen wordt gevoerd, met uitsluiting van al het andere. 
Alsof 'waarde' en 'kwaliteit' geen enkele andere betekenis meer hebben dan 'productief'.
Monddood: onder de noemer van 'veiligheid' (op korte termijn) accepteren dat ons leefklimaat op de langere termijn volledig verziekt wordt.  

Soms zou ik willen dat populieren terug konden vechten.
Zouden boswachters weleens nachtmerries hebben?
Bijvoorbeeld een regelmatig terugkerende droom, waarin ze in de rug (zie afbeelding onder) worden aangevallen door een hoogbejaarde en derhalve genadeloos afgeschreven (oranje stip!) maar toch nog altijd verrassend... levenslustige populier?
  
Vrij vertaald: "Zuster, jij hebt niet toevallig opa's gebit gezien?". 
Cartoon verkregen via internet.