Posts tonen met het label Abelstok. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Abelstok. Alle posts tonen

dinsdag 5 september 2017

Boswachter 2.0: "een mooi beroep". Of niet meer?

Terwijl ik veelkleurige markeringen in het bos Abelstok fotografeer, word ik rakelings gepasseerd door een groepje fietsers.

"Dag boswachter!", roept één van hen mij toe.
"Ik ben de boswachter niet", roep ik terug, "gelukkig niet!"
"Boswachter is anders een móói beroep hoor!", schreeuwt de fietser over zijn schouder.
Dan is hij buiten gehoorsafstand.

Achteraf verbaas ik me over mijn impulsieve reactie.
Want natuurlijk heeft deze fietser gelijk.
Boswachter ís een mooi beroep.
Ideaal zelfs.
Zeker voor wie een introverte aanleg heeft, van de natuur houdt, graag z'n eigen gang gaat en bij voorkeur buiten is.
Kortom: voor mij.

Ooit markeerde ik "boswachter" zelfs als favoriet, bij het invullen van een meerkeuze-vragenlijst.
Wat is er met dit zo romantisch lijkende beroep gebeurd?

Ik ga op onderzoek uit.
Een cartoon die ik via Google vind geeft te denken:

Cartoon verkregen via internet. "Resultaten MTO opvallend positief" (MTO: MedewerkersTevredenheidsOnderzoek)
Poster achter de baas: WERKEN BIJ STAATSBOSBEHEER IS EEN FEEST
Evaluatie:
Werknemer: "Werken-bij-Staatsbosbeheer-is-een-feest..."   
Werknemer: "Zo goed?"
Baas: "Heel goed..."

Hoort kritiekloze blijmoedigheid tegenwoordig bij de kerntaken van de medewerkers van Staatsbosbeheer?
En zo ja, waaróm?!

De boswachters zijn de belangrijkste - in ieder geval de meest zichtbare - vertegenwoordigers van Staatsbosbeheer.
Voor het grote publiek zijn zij zowel contactpersoon en aanspreekpunt als activiteitenbegeleider en publieksvoorlichter.
En - ook wel een beetje - de "wachters" die controleren of recreanten zich wel aan de regels houden.

Dit is allemaal niets nieuws.
Het type boswachter dat diep in het bos in een romantisch huisje met groen geschilderde luikjes woont kennen we immers alleen nog maar uit sprookjes.

De laatste tijd lijkt er echter nóg iets veranderd, iets wezenlijks in de kerntaak van de boswachter.
En daarmee in de dagelijkse praktijk van het boswachten.
De boswachter is nu vooral, bovenal, een publieksvoorlichter.


Boswachter huisje. Playmobil.

Eigenlijk bestaat "de" boswachter helemaal niet meer.
Veelzeggend is bijvoorbeeld dat boswachters nu vooral in teams werken.

Zo vallen 'onze' boswachters onder "team Lauwersoog & Wad-Hogeland".
Hoewel ons bosje (Kruisweg) maar 3 ha groot is, hebben wij dus meerdere boswachters.
Deze boswachters verplaatsen zich per auto tussen tientallen bossen en (dorps)bosjes op het Hogeland.

Weg idylle!


Afbeelding verkregen via internet.

Wat is eigenlijk het profiel van de hedendaagse boswachter?
Misschien biedt een wervingstekst in een personeelsadvertentie voor een boswachter een inkijkje in de moderne functie-eisen.
In Groningen vind ik geen vacatures, maar in Friesland - "Fryslân" in de advertentie - gelukkig wel:
 
Vacature te verkrijgen via: https://www.staatsbosbeheer.nl/over-staatsbosbeheer/vacatures/vacatures/boswachter-sudeast-fryslan

Daar gaat mijn idyllische (jeugd)fantasie!
Voor introverte types die graag hun eigen gang gaan is dit werk overduidelijk niet geschikt.

"Je werkt in teamverband", "Je werkt voornamelijk onder leiding van een collega-boswachter", en ga zo maar door.

Toegegeven: het gaat hier specifiek om een publieksvoorlichter.
Dit betekent dat er ook andere soorten boswachters zijn.
Volgens een medewerker van Staatsbosbeheer zijn er drie soorten boswachters te onderscheiden:
 
1) de beheerder 
2) de publieksvoorlichter 
3) de ecoloog

Wat zijn precies de functie-eisen?
In dit profiel - "specialisatie publiek" - blijkt "relevante werkervaring" vooral te bestaan uit "omgaan met publiek/bezoekers".
Niet de ervaring met en kennis over de natuur staan dus centraal, maar "mensen enthousiasmeren", "anderen motiveren" en "in teamverband werken".

Voor wie dit nog niet duidelijk genoeg is, wordt nog maar eens benadrukt dat de "communicatieve vaardigheden" goed moeten zijn.
Verder moet je natuurlijk met de computer kunnen werken, in het bijzonder met "social media": 

Vacature te verkrijgen via: https://www.staatsbosbeheer.nl/over-staatsbosbeheer/vacatures/vacatures/boswachter-sudeast-fryslan

Maar wat valt er eigenlijk allemaal te bespreken met het publiek?
Het lijkt er zo langzamerhand op dat boswachters - in het bijzonder boswachters met de "specialisatie publiek" - vooral betaald krijgen om eventuele zorgen bij de plaatselijke bevolking weg te nemen.
Bijvoorbeeld over de momenteel op handen zijnde grootschalige essenkap.

Een beetje zoals minister Kamp bij zijn bliksembezoekjes aan het aardbevingsgebied deed:


Cartoon verkregen via internet.
Kamp: "Wat deed jij nou precies in Groningen laatst?"
Samson: "Emoties tonen, en jij?"
Kamp: "Begrip tonen"
Samson: "Goed bezig"

Betekent het succesvol wegnemen van eventuele ongerustheid bij het publiek dan ook werkelijk dat de aanleiding voor de zorgen is weggenomen?

Hmm.

Wat opvalt is dat Staatsbosbeheer niet zelden uitgerekend de belangrijkste informatie voor het publiek achterhoudt.
Om een voorbeeld te noemen: het plaatsen van windmolens op één van hun terreinen zonder de omwonenden vooraf te informeren.

Zo stelt Titia Ketelaar op 21 augustus in NRC (21 augustus 2017): "Staatsbosbeheer stelde een bos ten oosten van Nootdorp beschikbaar, maar vergat Zoetermeer aan de andere kant van het groen te waarschuwen".


Cartoon verkregen via internet.
Vrij vertaald: "hier verstoppen we onze openbare informatie"

Misschien omdat het plaatsten van windmolens zoveel geld in het laatje brengt?
Net als, bijvoorbeeld, het oogsten van gezonde, volwassen bomen?
Van Den Haag moet Staatsbosbeheer tenslotte 'de eigen broek ophouden'.
Dan komt zo'n extra zakcentje best goed uit.

Maar Staatsbosbeheer heeft nóg een probleem. 
Dat probleem is dat het grote publiek - ook wel de "achterban" genoemd - gewoonlijk geen windmolens wil.
En al helemaal geen grote machines, in hún bos.
Bomen ziet de achterban juist wél heel graag.
Liefst zo veel mogelijk, en bij voorkeur oud.
Want dát is waar de achterban aan denkt bij een bos.

Geef ze eens ongelijk.
In zo'n bos huizen eekhoorns, en voelen vleermuizen en spechten zich thuis.
Zo'n oud bos geeft beschutting.
Je komt er tot rust.


"In de natuur kom ik helemaal tot rust"
"Dat is niet meer nodig.
Er zijn prima kalmeringstabletten op natuurlijke basis"

Staatsbosbeheer gebruikt dan ook liever het woord 'verdunnen'.
Al blijft er in de meeste gevallen nog slechts een enkele "toekomstboom" gespaard.

Verdunnen: klinkt lang niet gek.
Een paar kilootjes eraf misstaat immers meestal niet!


Verdunnen? lang niet gek!

Zodra een bosperceel vrijwel geheel zal worden geoogst spreekt Staatsbosbeheer van 'verjongen'.
Dat klinkt zo mogelijk nog beter!

Verjongen: "puur huid". Afbeelding verkregen via internet.

'Verjongen': wie zou daar iets tegen kunnen hebben?
Dit woord roept eigenlijk alleen maar positieve associaties op.

Hoewel misschien niet altijd voor alle betrokkenen.
Denk aan het verjongen van het personeel: ouwe zeikerds eruit, en frisse, gezonde, goedkopere, hardwerkende types ervoor terug.
Leuk voor de baas, en leuk voor het nieuwe personeel, maar helaas net iets minder voor die ouwe zeikerds.

Officieus lijken de boswachters met verjongen te bedoelen: alle bomen die er nu staan gaan plat.
Maar géén zorgen, want er komen jonkies voor terug!

Nou ja: vaak zelfs dat laatste niet.
Tenminste niet op de korte termijn.
Want in veel gevallen wordt het herstel 'overgelaten aan de natuur'.
Terwijl reeds aanwezige zaailingen en andere onderbegroeiing eerder rücksichtloos door de harvester worden omgewoeld dan wel platgereden.

Voor een bos betekent dit op de korte én(!) middellange termijn helaas niets anders dan: kaalslag.
Voor de achterban zit er helaas weinig anders op dan te wachten. 
Totdat je oud en gebrekkig bent en je hondje, waarmee je altijd zo aardig door je bosje wandelde, (er) niet meer is. 


Afbeelding verkregen via internet: "Geduld is een schone zaak, als je er tijd voor hebt"

Het zou allemaal niet zo erg zijn, als omwonenden deze PR-verhalen van Staatsbosbeheer met een flinke korrel zout zouden nemen.
Zo van: wij hebben álle begrip en delen de zorgen van Staatsbosbeheer - veel essen zijn ziek, maatwerk is duur en het moet goedkoop - maar moeten helaas óók een beetje voor onze eigen belangen opkomen.

En niet te vergeten voor het bos: onmisbare leefomgeving van vleermuizen en spechten, die helaas geen ervaring hebben met social media
Cartoon verkregen via internet.

Voorlopig lijkt de nieuwe tactiek bij omwonenden echter verrassend goed te werken.
Zo worden beginnende acties en ontluikende protesten met succes in de kiem gesmoord na empathische  - "wij delen uw zorgen, wij houden van elke boom, elk vogelnest zal door ons beschermd worden" - voorlichtingsbijeenkomsten waarin om de andere zin woorden als 'zorgvuldig' worden gebruikt. 
En dat is jammer, want we hebben helaas geen enkele garantie op zorgvuldigheid.

Dit wordt snel duidelijk voor wie een kijkje neemt op plekken waar de harvester al is langs geweest.


dinsdag 29 augustus 2017

Het bos en de kinderen: een dilemma.

"Kom vaak bij ons. Jij die begint te leven
Verstaat ons 't best en bent het dichtste bij.
Een kerkhof vind je, evenals een wei,
Een plaats goed om te draven en te spelen",
dichtte Jacob Slauerhoff (1898-1936), in de bundel "Serenade".


Cartoon verkegen via internet

Bij "een plaats goed om te draven en te spelen" denk ik zelf meteen aan een bos.
Vrij spelen dus, wat iets anders is dan "vrij wandelen op wegen en paden".
Want om echt te spelen moet je soms af van de gebaande paden.
Wat om verschillende - soms overigens uitstekende - redenen eigenlijk niet mag, van Staatsbosbeheer.


Augustus 2017, Hogeland. Foto Blogwachter. Om de makers van de hut niet te benadelen, verklap ik niet waar deze hut zich bevindt. Hoe dan ook buiten het gebaande pad, want dat is een deel van de charme.

Toch trof ik in alle tot nu toe door mij bezochte Hogelandse (dorps)bossen sporen aan van spelende kinderen (zie boven).
Soms zelfs van spelende volwassenen.
Zo is de constructie op onderstaande foto in het Dingebos duidelijk niet door kinderen gefabriceerd:


Dingebos, Uithuizen, 10 augustus 2017. Foto: Blogwachter. Restanten van een kampvuur, duidelijk niet door kinderen gemaakt.

Hier is bovendien een vuurtje gemaakt.
De restanten ervan zijn nog zichtbaar.


Dingebos, Uithuizen, 10 augustus 2017. Foto: Blogwachter. Verkoolde restanten van een kampvuur.

Sporen van kampvuurtjes heb ik tot nu toe in elk bos aangetroffen.
Hier zijn boswachters natuurlijk terecht panisch over.
Wel experimenteert Staatsbosbeheer momenteel op plekken waar vrij mag worden gekampeerd - 'paalkamperen' - met aangewezen plekken waar veilig een vuurtje kan worden gemaakt: zie NRC, 25 augustus 2017.
Als mensen het niet kunnen laten, kun je het maar beter reguleren.

Hoe dan ook: gevaarlijke spelletjes (fikkie stoken) daargelaten is spelen op zichzelf goed nieuws.
Zelfs voor volwassenen.
Want spelende volwassenen zijn de leukste volwassenen.
Het innerlijk landschap van wie nooit (meer) speelt wil nog wel eens verdacht veel gaan lijken op het strikt gereguleerde paadje in het bovenstaande cartoon.
'Vrij denken binnen door anderen(!) voorgeschreven regels en kaders', in plaats van onafhankelijk en kritisch denkende individuen dus.

Spelen is dus goed.
Voor de lichamelijke én geestelijke gezondheid, van grote mensen en kinderen.
Bij voorkeur buiten.
Gelukkig zijn er al die nieuwe, zowel sjiek als natuurlijk aandoende, Hogelandse dorpsspeeltuinen.
Met gecertificeerde toestellen die voldoen aan de laatste - opnieuw 'verstrengde' -  veiligheidseisen.

Helaas heeft een traditionele speeltuin zo z'n beperkingen.
Zeker voor de wat oudere kinderen.
Want eigenlijk vertel je deze kinderen hoe ze moeten spelen.
Terwijl ze dat heel goed zelf kunnen bedenken.
Verder neem je (vrijwel) alle risico's voor hen weg.
Maar eigenijk moeten kinderen - geleidelijk aan, mits oud genoeg - leren om bepaalde risico's zelf in te schatten.
Zo kan het bijvoorbeeld helemaal geen kwaad om een keer uit een boom te vallen.
Mits niet te hoog, met de zachte bosgrond als vangnet.
In de meeste gevallen kom je er met een gekneusde arm of een paar schrammen af, maar let de volgende keer wél iets beter op.

Er zijn natuurlijk steeds meer klimparken, waar kinderen onder begeleiding, gezekerd - en, last but not least na betaling van een fiks bedrag - mogen klimmen.
Opvallend vaak in het bos, want dat is het leukst.
Toch blijven zulke commerciële uitstapjes in de meeste kinderlevens incidenten.
En hoewel het er levensgevaarlijk uitziet, is het er op een bepaalde manier toch...te veilig.
Maar als de techniek het laat afweten is deze vorm van klimmen - hoog in de bomen balancerend - onmiddellijk onverantwoord.
Daarbij wordt de creativiteit van de kinderen op deze manier nauwelijks geprikkeld.
Ze klimmen onder begeleiding, en de routes liggen precies vast.
Hapklaar amusement dat met spelen weinig te maken heeft. 


Klimpark Fun Forest. Verkregen via: http://www.happyfield.nl/dagje-weg/actief/klimparken-fun-forest

Kan dit niet goedkoper, eenvoudiger, speelser, 'vrijer' zo je wilt?
Zo trof ik in het Hogelandse bos Abelstok zomaar de perfecte klimbomen aan.
Helemaal gratis.
Goed verborgen voor de wereld - wat wil je nog meer! - in een oude en al lang verlaten hoogstamboomgaard.
Zie hiervoor ook: https://nl.wikipedia.org/wiki/Abelstokstertil
Een s(r)pook(jes)bos, een kinderparadijs.
En die oude reuzen verblikken of verblozen niet.
In hun lange leven hebben ze al zóveel meegemaakt!
Aangeplant in 1923 zijn deze bomen tijdgenoten van Slauerhoff (†1936).
Je hoort ze dan ook fluisteren: "Kom vaak bij ons. Jij die begint te leven
Verstaat ons 't best en bent het dichtste bij."


Het bos Abelstok, 15 augustus 2017. Foto's: Blogwachter. Verlaten hoogstamboomgaard, met tientallen perfecte klimbomen zoals deze.

Natuurlijk staan ook hier die onvermijdelijke bordjes van Staatbosbeheer.
Kinderen mógen hier helemaal niet spelen, en deze foto's zijn weer illegaal gemaakt.
Soms moest ik wel even van het "padje af".


Het bos Abelstok, 15 augustus 2017. Foto: Blogwachter. Bord naast een toegangspad.

Op dit moment hoor je deskundigen steeds vaker (voorzichtig) suggereren dat een ál te grote nadruk op veiligheid er - uiteindelijk - toe leidt dat kinderen zelf helemaal niet meer leren om op te letten.
Met als gevolg een tekort aan ingebouwde waakzaamheid, dat hen later duur kan komen te staan.
Want slechts een paar jaartjes ouder en je word niet langer structureel beschermd tegen alle mogelijke risico's.
Zie hiervoor ook: https://www.nrc.nl/nieuws/2017/03/31/advies-laat-kind-met-zakmes-spelen-7799114-a1552801


Sigmund. Jongetje: "Van mama moet ik buitenspelen om mijn zintuigen te prikkelen."
Meisje: "Ik moet een hut maken omdat het tegemoet komt aan mijn scheppingsdrang".

Lastig is het wel, want die regels van Staatsbosbeheer zijn er natuurlijk niet voor niets.
Zo mogen honden niet overal los, omdat ze het wild kunnen verstoren.
Of, in het voorjaar, broedende vogels.
Buiten de paden spelende kinderen laten ook al snel hun sporen na.
Soms graven ze kuilen, of breken ze takken af.
In het ergste geval schrijven ze hun namen in de schors of breken stukken bast af.
Of laten hun afval achter in het bos.

Zodra het gaat over het gebruik van het dorpsbos, kom je op het terrein van het verschil tussen juridisch en gevoelsmatig eigendom (Zie ook: "Dorpsbosjes: juridisch en gevoelsmatig eigendom", 15 augustus 2017).
Zeker in het geval van de dicht bij de bewoonde wereld gelegen dorpsbossen is dit een lastig dilemma.
Er komt nooit een boswachter, maar de spelende kinderen weten deze bossen te vinden, en doen daar allemaal dingen die niet mogen.

Gelukkig maar.
Want ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat alle door kinderen of honden aangerichte schade (met uitzondering natuurlijk van bosbranden) peanuts is in vergelijking met de door de oogstmachine aangerichte schade.
Want zodra de oogstmachine ergens bezig is geweest, zit er voor de kinderen helaas weinig anders op dan hele stukken bos er zelf maar bij te fantaseren:


Afbeelding verkregen via internet.

Voor de (dwangmatige?) optimisten onder ons is dit vast een creatieve uitdaging.
Maar het kan natuurlijk óók zo zijn dat deze kinderen de natuur helemaal niet meer leren kennen.
En wie de natuur niet kent, zal haar ook niet beschermen.

zaterdag 19 augustus 2017

Het bos Abelstok: gemaskerd bal of dance macabre?

Staan twee bomen in het bos.
Zegt de één tegen de ander: "snap jij het nog? Mag ik meedoen met het carnaval, of gaat binnenkort mijn kop eraf?"


Het bos Abelstok, 18 augustus 2017. In vier kleuren gemarkeerde bomen. Moeten deze bij nader inzien toch blijven staan? Maar ze staan wel dicht bij elkaar, dus als het bos moet worden uitgedund, ligt het voor de hand er eentje te kappen, en de ander niet.

In het bos Abelstok, gelegen tussen Wehe den Hoorn en Mensingeweer, vlak langs de provinciale weg, heerst verwarring.


Het bos Abelstok vanuit de lucht.
Verkregen via Google Maps.
(inmiddels is het bos deels gekapt)

Het lijkt er wel een gemaskerd bal.


Het bos Abelstok, 18 augustus 2017. Boomgroep in drie kleuren. Oude en nieuwe markeringen door elkaar? Hier lijken de blauwe strepen vervaagd, en de oranje ringen de meest recente. 

Zijn de bomen in dit bos door verschillende boswachters gemarkeerd, of zelfs door verschillende instanties, en in verschillende periodes?
Hoe moet de machinist van de oogstmachine hier ooit wijs uit worden?
Er zijn oranje, blauw, rood en geel gemarkeerde bomen te zien.

Maar verreweg de meeste bomen in dit bos zijn oranje gemarkeerd:


Het bos Abelstok, 18 augustus 2017. Vooral veel oranje gemarkeerde bomen.

Dan - veel minder - blauw: de "toekomstboom", die gespaard mag/moet blijven.
 
Het goede nieuws: in het bos Abelstok zijn de blauwe stippen tenminste rondom de gehele stam gezet, zodat de bestuurder van de oogstmachine ze van alle kanten kan zien.

Verder zie ik enkele rood en geel gemarkeerde bomen.
Tot zover kan ik het nog volgen.
Hoewel ik me afvraag wat rood of geel betekent.
Veel meer dan twee smaken lijken er immers niet te zijn.
Dood of leven, in dit geval.

Maar zodra ik tientallen bomen aantref die in twee of zelfs meer kleuren zijn gemarkeerd zie ik door de bomen het bos niet meer.
Want het gaat hier overduidelijk om verse markeringen.
De verf glimt en zit er dik op: 

Het bos Abelstok, 18 augustus 2017. Boom, in twee kleuren gemarkeerd. Welke markering was er eerst? Wat moet de machinist van de oogstmachine met deze informatie?

Bovenstaande boom lijkt er niet gerust op.
Wil graag weten waar ie aan toe is, maar weet niet wat ervan te denken.

Andere bomen lijken er wat zorgelozer mee om te gaan.
Mogelijk omdat het altijd erger kan, bijvoorbeeld bij de buren:


Het bos Abelstok, 18 augustus 2017. De boom links lijkt nog een kans te hebben, met een paar blauwe stippen erbij. 

Het bos Abelstok, 18 augustus 2017

Dit zijn geen incidenten.
Het bos Abelstok staat er vol mee:





Abelstok, 18-08-2017

En niet uitsluitend met markeringen in oranje met blauw.
Alle combinaties zijn mogelijk:





Abelstok, 18-08-2017

Toegegeven: het ziet er wel vrolijk uit.
Het bos Abelstok wordt er bijna een beetje surrealistisch van.
Toch kan ik me niet onttrekken aan de indruk van een dodendans:



Het bos Abelstok, 18-08-2017

Want de alom heersende verwarring in het bos Abelstok lijkt de kansen van de blauw gemarkeerde "toekomstbomen" nu niet bepaald te verhogen.

Om de moed er desondanks in te houden tot slot een paar vrolijke types:


Abelstok, 18-08-2017
Het bos Abelstok, 18 augustus 2017

Binnenkort zal de kap in dit bos vermoedelijk beginnen.
Laten we hopen dat het lachen deze vrolijkerds dan niet zal vergaan.
Tegen die tijd ga ik weer een kijkje nemen in het bos Abelstok.